1800130173_DG5035F0_110x154 28/03/13 13:32 Page26
• Draai de vuldop van de stoomtank goed vast
en steek de stekker weer in het stopcontact.
Druk op de aan/uit-knop.
• Na ca. 8 minuten of wanneer het controle-
lampje stoom dooft, is de stoom klaar
De stoomgenerator opbergen
• Zet de aan/uit-schakelaar uit en haal de stek-
ker uit het stopcontact. Plaats het strijkijzer op
het strijkijzerplateau. Berg het netsnoer en
het stoomsnoer op (D).
• Laat de stoomgenerator afkoelen voordat u
hem opbergt, indien u hem in een kast of
kleine ruimte wilt plaatsen.
• U kunt uw stoomgenerator nu in alle veili-
gheid opbergen.
REINIGING EN ONDERHOUD
Controleer vóór elke onderhoudsbeurt of de
stekker uit het stopcontact is en de strijkzool
voldoende is afgekoeld.
Gebruik nooit reinigings- of kalkverwijderende
producten voor het reinigen van de strijkzool
of de binnenkant van de stoomtank.
Het strijkijzer en de stoomtank nooit onder de
kraan houden.
Het strijkijzer niet op een metalen plateau
plaatsen dat de zool zou kunnen beschadigen.
De strijkzool
• Maak de strijkzool regelmatig schoon met
een niet-metalen vochtig schuursponsje.
De behuizing
• De kunststof delen van het apparaat van tijd
tot tijd reinigen met een enigszins vochtige
zachte doek.
Omspoelen van de stoomtank
(ca. eenmaal per maand)
• Let op : om de goede werking van de stoom-
tank te verlengen en kalkaanslag te voorko-
men, dient u de tank na elk tiende gebruik om
te spoelen (E) (ca. eenmaal per maand).
• Controleer of de stoomtank koud is, de stek-
ker langer dan 2 uur uit het stopcontact is en
de stoomtank leeg is.
• Vul de stoomtank met behulp van een maat-
beker met schenktuit voor 3/4 met leidingwa-
ter.
• Schud de behuizing gedurende een kort
ogenblik en leeg deze vervolgens boven de
gootsteen (F).
• Om een goed resultaat te verkrijgen, raden
wij u aan deze handeling een aantal keren te
herhalen.
Indien het water erg hard is, de stoomtank
vaker omspoelen. Gebruik nooit anti-kalk-
producten of azijn voor het omspoelen van
de stoomtank ; deze zouden de tank kun-
nen beschadigen.
26