NEDERLAND
verloopfilter voor 6 koppen terug en doe
koffie in het filter voor 3 koppen.
4.
Om 6 koppen koffie te zetten, dient men
het onderste gedeelte tot aan de
aanduiding voor 6 koppen met water te
vullen. Doe de koffie in het filter voor 6
koppen, dat nu alleen gebruikt moet
worden. Koffie niet aandrukken.
Aangeraden worden gemalen koffie voor
dit soort koffiezetapparaat te gebruiken.
5.
Draai het onderste reservoir stevig op het
bovenste vast. Zet het koffiepotje op de
basis. Doe de stekker in het stopcontact.
Binnen enkele minuten loopt de koffie in het
bovenste reservoir.
6.
Aan het einde van de koffiezetcyclus gaat
het controlelampje uit en is de koffie klaar.
7.
Haal de stekker uit het stopcontact. Schenk
de koffie in en serveer deze.
BELANGRIJK: tijdens het koken
dient het deksel dicht te zijn.
LET OP : het roestvrij stalen lichaam
kan erg heet zijn. Kom niet aan de
hete oppervlakken tot deze afgekoeld
zijn.
WAARSCHUWING : schakel het
apparaat nooit in zonder water.
REINIGING EN ONDERHOUD
Alvorens het koffiezetapparaat te reinigen, dient
men het altijd van het kookplaatje te nemen en de
stekker uit het stopcontact te halen. Controleer dat
het apparaat op een vlakke ondergrond staat.
Open het deksel. Maak het bovenste reservoir,
de roestvrij stalen buis en het deksel met een
zacht doekje schoon door deze onder stromend
water te houden of deze in lauw water met
afwasmiddel onder te dompelen. Reinig de
binnen- en buitenkant van het bovenste reservoir
met een vochtig doekje en droog deze af (fig. 2).
Om het filterplaatje te reinigen, dient men de
dichting te verwijderen en met een naald de
koffiekorreltjes te verwijderen die de gaatjes
verstoppen (fig. 3, 4).
Reinig het onderste reservoir met een zacht
doekje en droog het af (fig. 5).
WAARSCHUWING :
dompel het onderste gedeelte van het
koffiezetapparaat en het voetstuk niet onder
in water of andere vloeistoffen.
Om deze te reinigen dient men een zacht
schoon vochtig doekje te gebruiken en deze
zorgvuldig af te drogen, alvorens deze terug
te plaatsen. Gebruik geen agressieve
schoonmaakmiddelen of schuurmiddelen.
ONDERHOUD
1.
Indien het koffiezetapparaat niet gebruikt
wordt, dient men het op een droge plaats
op te bergen.
2.
Vervang de dichting als deze versleten of
beschadigd is.
3.
Als het koffiezetapparaat niet gebruikt
wordt, dient men de bovenste en onderste
reservoirs niet vast te draaien en de dichting
te verwijderen.
Opbergen: het stroomsnoer is aan het
kookplaatje bevestigd. Om wanorde te
voorkomen, dient men het snoer slechts zover af
te rollen als nodig is om het stopcontact op veilige
manier te bereiken. Tijdens het gebruik kan de
rest van het snoer opgerold blijven. Alvorens het
apparaat op te bergen, dient men de kabel om
de pootjes onder de basis te wikkelen.
Ontkalken: deze handeling bestaat uit het
verwijderen van de kalkaanslag, die zich op
den duur op de metalen delen van het apparaat
vormt. Voor een optimale werking van het
koffiezetapparaat dient het periodiek ontkalkt
te worden. De frequentie hangt af van de
hardheid van het water en van de
gebruiksfrequentie van het koffiezetapparaat.
Bij het ontkalken wordt de binnenkant van het
apparaat gereinigd.
Doe twee eetlepels citroenzuur in de trechter en
vul het koffiezetapparaat met 300 ml water.
Controleer dat alle onderdelen op de juiste
manier gemonteerd zijn en dat het deksel
gesloten is. Zet het koffiezetapparaat op het
kookplaatje en doe de stekker in het stopcontact.
Verricht een gewone cyclus. Verwijder de
oplossing van kalk en water aan het einde van
de cyclus.
Verricht een volledige cyclus met schoon koud
water, na het ontkalken, alvorens het apparaat
te gebruiken om koffie te zetten.
• 18 •