NL
hoogte van de bilplooi zitten. Het buikpaneel aan de voorkant moet zich ter hoogte van
het schaambeen bevinden en mag de heupbuiging niet beperken.
10/10.1
van de banden zo nodig af. Begin met de sluitbanden op de heupen. Trek de banden
aan beide kanten altijd gelijktijdig aan. Als u de banden hebt ingekort, bevestigt u de
krokodilsluiteinden weer en sluit u de sluitband met lichte trek. Let erop dat de lengte
voldoende is.
11
Stel in de volgende stap de gecombineerde romp-/schouderbanden in en doe
dat zoals hierboven beschreven staat. Houd voor de laatste afkorting van de
banden een afstand van ongeveer drie centimeter van de treklussen tot de keerlussen
van de schouderband aan. Polster de schouderbanden bij de oksels met de bijgeleverde
polstering.
12
Om de trek in de oksels te verminderen en afknellingen te voorkomen, kunt u
het verloop van de banden corrigeren door de positie van de dorsale keerlus-
sen (vastgeplakt op het rugpaneel) te wijzigen. Als aanknopingspunt dient de hoogte
van de onderste ribbenboog.
13
Om een optimale strekking van de patiënt te bereiken, trekt u nu de romp-/
schouderbanden met behulp van de treklussen gelijktijdig aan. Voorkom een
overcorrectie. Om de trek te verminderen of om de orthese af te nemen, kantelt u de
keerlussen van de schouderbanden met uw duimen, zoals bij een rugzak, van onderen
naar boven [Afbeelding 3]. Controleer of de orthese goed zit. Zitten de sluitbanden te
strak of snijden ze in?
Dynamische instelling van de orthese
Stap 1 [Afbeelding 4] Verwijder de klittenbandafdekking die zich onder aan de
binnenkant van de orthese bevindt. Haal nu het rugpaneel met de opgezette
verstevigingsmodule uit het vakje voor de spalk.
38
Stel nu de lengte van de banden van de orthese in. Verwij-
der de krokodilsluiteinden van de banden en kort de lengte