9. Netkabel
10. Buis
11. L angsgeleider
12. Vergrendelknop
13. Verstekgeleider
14. Bout
15. Moer
16. Spindel
Controleer de machine, losse onderdelen en
accessoires op transportschade.
2. VEiLiGhEidSVoorSChriFTEn
uitleg van de symbolen
Gevaar voor lichamelijk letsel of mate riële
schade wanneer de instructies in deze
handleiding niet worden opgevolgd.
Gevaar voor elektrische schok.
Houd omstanders op afstand.
Draag oog en gehoorbescherming.
Draag een stofmasker
Voor ingebruikname van het apparaat
• E en zaagtafel dient voldoende en doelmatig te
zijn verlicht.Bij toepassing van TL-verlichting
moet rekening worden gehouden met het
zogenaamde stroboscopisch effect. Hierdoor
kan een draaiend zaagblad schijnbaar stilstaan.
Een oplossing is het gebruik van dubbele
armaturen waarbij een faseverschuiving van de
beide TL-buizen is bewerkstelligd.
• C ontroleer het volgende:
• k omt de aansluitspanning van de motor en de
eventuele motorbeveiliging met de netspanning
overeen (machines voor een netspanning
van 230V kunnen zonder problemen op een
netspanning van 220V aangesloten worden);
• z ijn het netsnoer en de netstekker in goede
All manuals and user guides at all-guides.com
staat; stevig, zonder rafels of beschadigingen;
• k ijk of het zaagblad geen tanden mist en
scheuren of spleten vertoond. Deze zaagbladen
dienen onmiddellijk te worden vervangen;
• d e beschermkap mag niet hoger worden afge-
steld dan nodig is om het werkstuk door te laten;
• h et spouwmes moet dunner zijn dan de
zaagsnede en dikker zijn dan het zaagblad.
• O efen nooit zijdelingse druk uit tegen het
zaagblad. Hierdoor kan deze breken.
• L et op bij het hout op knoesten, spijkers,
scheuren en/of vuilaanslag.
• H et zagen van dit hout kan tot een gevaarlijke
terugslag leiden.
• L et op dat er geen voorwerpen in de
stofafzuiging komen. Deze kunnen dan in
aanraking komen met het zaagblad en dit kan
tot gevaarlijke situaties leiden.
Tijdens gebruik van het apparaat
• H et werkstuk moet stevig op het tafelblad
gedrukt worden.
Tevens moet het lossende deel van het
werkstuk vastgehouden worden om afbreken
te voorkomen. De hand waarmee dit wordt
vastgehouden moet zich achter het zaagblad
bevinden en van het zaagblad af bewegen.
Bovendien moet de arm waarmee het
werkstuk wordt vastgehouden de arm die de
machine bediend niet kruisen.
• D ruk het werkstuk langzaam vooruit.
Druk het werkstuk niet te hard/overmatig hard
vooruit. De zaagmachine wordt hierdoor zwaar
belast. Ook komen er dan te grote krachten
op het zaagblad. Hierdoor kunnen ongelukken
ontstaan.
• G ebruik een duwhout.
Bij het zagen van kleine werkstukken om het
werkstuk langs het zaagblad te duwen.
• V ermijd het gebruik van lange verlengkabels.
L aat de machine afkoelen als u de
zaagmachine gaat verplaatsen.
• H outresten of dergelijke, die zich in de
onmiddellijke omgeving van het draaiende
zaagblad bevinden, mogen niet met de hand
worden verwijderd.
Wanneer houtresten beklemd zitten tussen
vaste en/of bewegende delen, moet de
machine moet de machine worden gestopt en
de stekker uit het stopcontact worden gehaald
alvorens de houtresten te verwijderen. Ook
17