4.- Om schade aan de broodrooster en verwondingen aan
personen te vermijden, moet men de broodrooster steeds
gevuld met vlees laten werken.
5.- Om schade aan de broodrooster of persoonlijk letsels te
voorkomen, moet men broodrooster steeds laten werken met
de kruimellade.
6.- Om letsels te voorkomen, mag de kruimellade niet worden
verwijderd voordat broodrooster is afgekoeld.
7.- De eenheid is niet waterdicht. Voor een veilige en aangepaste
werking moet men de machine in een ruimte plaatsen waar
de omgevingstemperatuur tenminste 21 ºC (70 ºF) en
maximum 29 ºC (85 ºF) bedraagt.
8.- Plaats de broodrooster niet in een zone die onderhevig is aan
hoge temperaturen of aan vetten van grills, frituurpannen,
enz. Een te hoge temperatuur kan schade aan de eenheid
berokkenen.
9.- Plaats de broodrooster aan de voorkant niet in een
ongeventileerde zone.
10.- Sommige uitwendige oppervlakken kunnen warm worden.
Wees voorzichtig wanneer men deze zones aanraakt om
verwondingen te vermijden.
Het roosteren van sneetjes gewoon brood, toastbrood of gebak, zonder dat er boter, jam, gelei
en andere produkten zijn opgesmeerd die vloeibaar kunnen worden tijdens het opwarmen, zoud-
en op de verwarmingsweerstanden kunnen vallen, verbranden en zorgen voor kwalijke geuren.
62
HOOFDFUNTIE