NL
SOORT STORING
Te laag lasvermogen.
Poreus laswerk (sponsef-
fect).
Ononderbroken gasvoorzie-
ning.
Bij indrukken van knop las-
brander gebeurt er niets
ALGEMEEN ONDERHOUD
MOGELIJKE OORZAKEN
Aardingskabel niet correct
aangesloten.
Commutatordraad geheel of
gedeeltelijk los
Contactgever defect
Gelijkrichter defect
Geen gas.
Luchtstroom in de lasruimte.
Verdeelopening verstopt.
Gaslekkage vanwege lek in leiding-
en.
Elektromagnetische klep geblok-
keerd.
Slechte kwaliteit gas of draad.
Elektromagnetische klep versleten
of vuil.
Schakelaar kapot, bedieningska-
bels geheel of gedeeltelijk los.
Zekering doorgebrand.
Vermogensomzetter defect.
Elektronisch circuit defect.
8 NL
CONTROLE EN OPLOSSING
Controleer de goede staat van de kabel, de goede werking
van de massatang en of deze is aangebracht op een roest-,
verf- en vetvrij te lassen deel.
Controleren en verhelpen.
Controleer de staat van de contacten en de mechanische
werking van de contactgever.
Controleer of er sporen van doorbranden te zien zijn en
vervang zonodig.
Controleer de druk van het toegeleverde gas.
Een geschikt windscherm gebruiken. Verhoog de gasdruk
zonodig.
Spuit de openingen door met perslucht.
Controleer en vervang kapotte gedeelte.
Controleer klepwerking en elektrische aansluiting.
Gebruik zeer droog gas, vervang gasfles of draad.
Demonteer elektromagnetische klep en reinig klepgat en af-
sluiter.
Stekkertje van lasbrander losmaken en polen kortsluiten: in-
dien het apparaat werkt kabels en knopje van lasbrander
controleren.
Vervang door soortgelijke zekering.
Reinigen met lucht, draadbevestiging controleren, vervan-
gen.
Vervangen.