61 AF
Storingzoeken
Hieronder is een lijst opgenomen met mogelijke storingen en hun oplossingen. Als er een storing optreedt, schakel dan de hoofdstroom af en stel
de oorzaak vast.
KLACHT
Unit start niet:
Unit werkt continu of start en stopt vaak:
De unit slaat voortdurend af bij lage druk:
De unit slaat voortdurend af bij hoge druk:
Afwijkend systeemgeluid
Compressor bevat te weinig olie:
Waterverlies
De unit wordt niet ontdooid
OORZAAK
Voeding onderbroken;
Hoofdschakelaar uit;
Te lage spanning;
Beveiliging is aangesproken;
Magneetschakelaar blijft open;
Compressor vastgelopen of kortsluiting;
Magneetschakelaar defect;
Koudemiddel verliezen;
Totale waterstroom te laag;
Statische druk in het hydraulische circuit te laag;
Verliezen van koudemiddel;
Laag debiet in de wisselaar;
Opstartvertraging unit;
Defecte hoge drukmeter;
Geblokkeerde expansieklep;
Geblokkeerd filter droger;
De buitenventilatoren werkt/werken niet;
Verstopte of vuile accu;
Leidingen trillingen;
Lawaaiige compressor;
Expansieklep sist;
Panelen passen niet goed;
Lek in het systeem;
Defecte binnenkomende of uitgaande
omstandigheden;
Vierwegs-omkeerklep defect;
Ontdooisensor defect;
N E D E R L A N D S
OPLOSSING
AANSCHAKELEN
DICHT-SCHAKELAAR.
RESET.
CONTROLEER DE AANSLUITINGEN.
CONTROLEER EN VOEG DE BENODIGDE HOEVEELHEID
TOE.
CONTROLEER OP DRUKVERLIES IN DE HYDRAULISCHE
CIRCUIT.
CONTROLEER DIT OP DE DRUKMETER EN HERSTEL HET
INDIEN NODIG.
CONTROLEER EN VOEG DE BENODIGDE HOEVEELHEID
TOE.
CHECK WATERPOMP
WACHT TOT HET SYSTEEM IS GESTABILISEERD
INDIEN NODIG
CONTROLEER EN VERVANG INDIEN NODIG
CONTROLEER HET FILTER EN VERVANG HET
INDIEN NODIG
CONTROLEER DE STAAT VAN DE VENTILATORMOTOR/EN
EN DE ELEKTRISCHE AANSLUITINGEN DAARVAN
VERWIJDER DE VERSTOPPING OF REINIG DE ACCU
ONDERSTEUNENDE LEIDINGEN
CONTROLEER EN VERVANG INDIEN NODIG
CONTROLEER EN VOEG INDIEN NODIG
KOUDEMIDDEL TOE
HERSTELLEN.
CONTROLEER EN BEVESTIG INDIEN NODIG
NODIG.
CONTROLEER DE SENSOR EN VERVANG DEZE INDIEN
NODIG.
NL - 13