bewegingen zonder de motor te starten (fig.
9a).
De draagriem is uitgerust met een snel openend
mechanisme. Trek aan het rode riemuiteinde (fi g.
8f) als u het apparaat vlug moet afl eggen.
Waarschuwing: Gebruik de riem altijd als u met
het apparaat werkt. Breng de riem aan zodra u de
motor heeft gestart en hij stationair draait. Scha-
kel de motor uit voordat u de draagriem afneemt.
6. Vóór inbedrijfstelling
Ga voor iedere ingebruikneming na of:
•
het brandstofsysteem geen lekkage vertoont,
•
de bescherminrichtingen en de snijinrichting
in perfecte staat verkeren en volledig zijn,
•
alle schroefverbindingen goed vast zitten,
•
alle beweegbare onderdelen gemakkelijk
bewegen.
6.1 Brandstof en olie
Aanbevolen brandstoff en
Gebruik alleen een mengeling van loodvrije
benzine en speciale tweetaktmotorolie. Meng de
brandstofmengeling volgens de brandstofmeng-
tabel.
Let op: Gebruik geen brandstofmengeling die lan-
ger dan 90 dagen werd bewaard.
Let op: Gebruik geen tweetaktolie waarvoor een
mengverhouding van 100 tot 1 wordt aanbevolen.
Bij motorschade als gevolg van onvoldoende
smering vervalt de motorgarantie van de fabri-
kant.
Let op: Gebruik voor het transport en bewaren
van brandstof alleen vaten die daarvoor voorzien
en toegelaten zijn.
Giet telkens de juiste hoeveelheid benzine en
tweetaktolie de bijgaande mengfl es in (zie opge-
drukte schaal). Schud daarna de fl es fl ink door.
6.2 Brandstofmengtabel
Mengmethode: 40 delen benzine op 1 deel olie
Benzine
1 liter
5 liter
Anl_GC_BC_52_I_AS_SPK2.indb 48
Anl_GC_BC_52_I_AS_SPK2.indb 48
NL
2-taktolie
25 ml
125 ml
- 48 -
7. Bedrijf
Gelieve de wettelijke bepalingen inzake de veror-
dening voor de bestrijding van lawaaioverlast na
te leven, die plaatselijk kunnen verschillen.
Verwijder vóór inbedrijfstelling de beschermkap-
pen van het snijmes.
7.1 Starten bij koude motor
Giet in de tank een behoorlijke hoeveelheid ben-
zine-/oliemengsel. Zie ook brandstof en olie.
1. Apparaat op een hard, eff en vlak zetten.
2. Brandstofpomp (primer) (fi g. 1, pos. 7) 10x
indrukken.
3. Aan/Uit-schakelaar (fi g. 1, pos. 9) op „I" scha-
kelen.
4. Chokehendel (fi g. 1, pos. 5) op „ " zetten.
5. Het apparaat goed vasthouden en het star-
terkoord (fi g. 1, pos. 4) uittrekken tot aan de
eerste weerstand. Nu de startkabel 2x snel
aantrekken.
6. Chokehendel (fi g. 1, pos. 5) op „ " zetten.
7. Het apparaat goed vasthouden en het star-
terkoord (fi g. 1, pos. 4) uittrekken tot aan de
eerste weerstand. Nu de startkabel 4x snel
aantrekken. Het apparaat zou moeten starten.
Aanwijzing: Het starterkoord niet terug laten
springen. Dit kan tot beschadigingen leiden.
Als de motor is gestart, het apparaat ca. 10
sec. warm laten lopen.
Waarschuwing: Het snijgereedschap begint
bij startende motor te draaien.
8. Mocht de motor niet aanslaan, dan herhaalt u
de stappen 4-8.
Opgelet! Slaat de motor ook na meerdere pogin-
gen niet aan, gelieve dan het hoofdstuk „Fouten
verhelpen aan de motor" te raadplegen.
Opgelet! Trek het starterkoord altijd recht uit. Als
het in een hoek wordt uitgetrokken, dan ontstaat
er wrijving aan het oog. Door deze wrijving wordt
het koord doorgeschuurd en verslijt het sneller.
Houd steeds de startergreep vast, als het koord
weer vanzelf naar binnen wordt getrokken.
Laat het koord nooit terugspringen vanuit de uit-
getrokken toestand.
7.2 Starten bij warme motor
(Het apparaat stond gedurende minder dan 15 tot
20 min stil)
1. Het apparaat op een hard, eff en vlak zetten.
2. Aan/Uit-schakelaar op „I" zetten.
3. Het apparaat goed vasthouden en het star-
terkoord tot de eerste weerstand uittrekken.
Haal nu het starterkoord fl ink door. Het ap-
09.05.2019 13:10:20
09.05.2019 13:10:20