Bezig met opladen
1.
Let op dat u de acculader aansluit op een stopcontact
met de juiste wisselspanning. Het laadlampje
knippert groen.
2.
Volg de aanduidingen op de acculader en schuif de
accu zo ver mogelijk in de acculader.
3.
Wanneer u er een accu in plaatst, verandert het
oplaadlampje van groen naar rood en dan begint
het opladen. Gedurende het opladen zal het
oplaadlampje onafgebroken blijven branden. Een
enkel rood oplaadlampje geeft een ladingstoestand
van 0 – 80% aan en een rood en groen lampje
samen een ladingstoestand van 80 – 100%.
De aanduiding van 80% zoals hierboven vermeld
geldt bij benadering. De aanduiding kan verschillen
afhankelijk van de accutemperatuur of de toestand
van de accu.
Spanning
Aantal cellen
Li-ion accu
OPMERKING:
• De acculader is uitsluitend bestemd voor het opladen
van Makita accu's. Gebruik deze nooit voor andere
doeleinden of voor het opladen van accu's van andere
fabrikanten.
• Als het oplaadlampje rood knippert, is de toestand
van de accu zoals hieronder beschreven en start het
opladen mogelijk niet.
– Accu uit zojuist gebruikt gereedschap of accu die
geruime tijd lang in de volle zon heeft gelegen.
– Accu die lang achtereen op een koude plaats of in
een koude luchtstroom heeft gelegen.
Koelsysteem (alleen voor de DC10SB)
• Deze acculader is voorzien van een ventilator voor
het afkoelen van een warm geworden accu om
verslechtering van de accuprestaties te voorkomen.
Tijdens het koelen zult u het geluid van de koelingslucht
horen. Dit is normaal en betekent niet dat er iets
mankeert aan de acculader.
• Een geel waarschuwingslampje zal knipperen in de
volgende gevallen.
– Er mankeert iets aan de koelventilator.
– De accu wordt slecht afgekoeld omdat deze verstopt
is met stof e.d.
14
All manuals and user guides at all-guides.com
10,8 V – 12 V (max.)
volgens IEC61960
3
BL1016
BL1021B
BL1041B
4.
Wanneer het opladen is voltooid, blijft in plaats van
een rood en een groen lampje alleen het groene
lampje branden.
5.
De laadtijd varieert met de temperatuur (10°C –
40°C) waarbijde accu wordt opgeladen en met de
toestand van de accu, bijvoorbeeld een accu die
nieuw is of lange tijd niet is gebruikt.
6.
Na afloop van het opladen verwijdert u de accu van
de acculader en trekt u de stekker daarvan uit het
stopcontact.
Capaciteit (A/uur)
1,5
2,0
4,0
Als de accu te heet is, zal het opladen pas beginnen
nadat de accu voldoende is afgekoeld tot een
temperatuur waarbij opladen mogelijk is.
• Indien het oplaadlampje afwisselend in groen en rood
knippert, is opladen niet mogelijk. De klemmen op de
accu of acculader zijn met vuil verstopt, of de accu is
versleten of beschadigd.
Zelfs wanneer het gele waarschuwingslampje knippert,
kan de accu worden opgeladen. In dat geval zal het
opladen echter langer duren dan normaal. Controleer of
het geluid van de koelventilator normaal is. Controleer
ook of de luchtuitlaatopeningen op de accu en de
acculader niet door stof verstopt zijn.
• Indien het gele waarschuwingslampje niet knippert
hoewel u geen geluid van de koelventilator hoort, is het
koelsysteem in orde.
• Houd de luchtuitlaatopeningen op de acculader en de
accu altijd schoon om een goede koeling te verzekeren.
• Indien
het
gaat knipperen, moet u de producten naar een
servicecentrum zenden voor reparatie of onderhoud.
Oplaadtijd (minuten)
DC10SB
DC10WD
22
30
60
gele
waarschuwingslampje
50
70
130
vaak