Functies
1. Knoppen
①
Icemaker-toets
③
Toets voor temperatuurregeling
van de koelruimte
⑤
Supervries-toets
2. Display
a) Wanneer de koelkast voor de eerste maal wordt aangesloten op het voedingsnet, zal het display
gedurende 3 seconden knipperen en is een startgeluid hoorbaar. Hierna zal het toestel normaal
functioneren. Als de koelkast voor de eerste maal wordt ingeschakeld, zijn ingestelde
defaulttemperatuur van de koel- en vriesruimte respectievelijk 4° C en -18°C bedragen.
b) De ingestelde temperatuur voor zowel de koel- als vriesruimte wordt weergegeven als er geen
storing aanwezig is op het apparaat.
c) Onder normale omstandigheden zal het displaylampje na 30 seconden uitdoven in de
vergrendelde toestand, en zal de toetsbediening van het displaypaneel het displayschermpje
terug doen oplichten; wanneer de deuropening het displayschermpje doet oplichten, zal het
displaylampje onmiddellijk terug uitdoven bij sluiting van de deur; als de fout "foutcode zichtbaar"
verschijnt, zal het displayschermpje oplichten en na 30 seconden terug uitdoven.
18° C bedragen.
3. Vergrendelen/ontgrendelen
a)Houd in de ontgrendelde toestand de vergrendel/ontgrendel-toets 3 seconden ingedrukt om over te
gaan naar de vergrendelde toestand; de zoemer gaat nu af.
b)Houd in de vergrendelde toestand de vergrendel/ontgrendel-toets 3 seconden ingedrukt om over te
gaan naar de ontgrendelde toestand; de zoemer gaat nu af.
c)De deur wordt vergrendeld wanneer hij niet wordt geopend of als er binnen 30 seconden geen
knoppen worden bediend.
d)De alarmsirene wordt in de vergrendelde toestand gestopt door indrukking van een willekeurige
toets. Alle andere toetsbewerkingen moeten worden uitgevoerd in de ontgrendelde toestand. Wanneer
de toetsen worden bediend in de vergrendelde toestand, hoort u een bieptoon als foutsignaal.
4. Koeltemperatuur instellen
Druk op de toets voor temperatuurregeling van de koelruimte om de ingestelde temperatuur van de
koelruimte te wijzigen. Telkens u op de toets drukt, daalt de ingestelde temperatuur met 1° C. Wanneer
de ingestelde temperatuur de waarde 2° C bereikt, moet u nogmaals op de toets drukken om over te
gaan naar 8° C. De effectieve temperatuurinstelling gaat pas van kracht na de vergrendeling van het
displaypaneel.
5. Vriestemperatuur instellen
Druk op de toets voor temperatuurregeling van de vriesruimte om de ingestelde temperatuur van de
vriesruimte te wijzigen. Telkens u op de toets drukt, daalt de ingestelde temperatuur met 1° C.
Wanneer de ingestelde temperatuur de waarde -24° C bereikt, moet u nogmaals op de toets drukken
-24℃
om over te gaan naar -16° C. De effectieve temperatuurinstelling gaat pas van kracht na de
vergrendeling van het displaypaneel.
2℃
②
Superkoel-toets
④
Toets voor temperatuurregeling van de vriesruimte
⑥
Vergrendel/ontgrendel-toets
℃
12
1℃
8℃
-16℃