5.
Overzicht
Raadpleeg de figuren op pagina 2 van deze handleiding.
1
montageplaat
2
bevestigingsring
3
ring
4
lensbehuizing
5
IR-leds
6.
Hardware-installatie
Raadpleeg de figuren op pagina 2 van deze handleiding.
1. Kies een geschikte montageplaats en houd rekening met
volgende punten:
o Installeer de camera nooit in een ruimte met veel
temperatuurschommelingen, vochtigheid, damp, stof of
trillingen.
o Houd de camera weg van elektromagnetische velden.
o Richt de camera niet naar de zon of lichtweerkaatsende
objecten toe.
2. Houd de montageplaat [1] vast en schroef de bevestigingsring
[2] los. De lensbehuizing [4] en de ring [3] komen vrij.
3. Bepaal de montagegaten aan de hand van de montageplaat [1].
Boor de gaten.
4. Haal de voeding- en videokabel [9] door een van de
kabelgleuven [8] en bevestig de montageplaat [1] aan het
plafond of de muur.
5. Plaats nu de lensbehuizing [4] in de ring [3] en schuif de
bevestigingsring [2] over beide. Richt de camera naar de
bewakingszone en schroef de bevestigingsring [2] op de
montageplaat [1].
6. Sluit de videokabel [A] aan een monitor (niet meegelev.) of aan
een splitter (niet meegelev.) indien u verscheidene camera's
wenst te gebruiken.
7. Sluit de voedingskabel [B] aan een voeding van 12 VDC (niet
meegeleverd).
7.
OSD-instellingen (On screen display)
Met een mini-joystick in de camerakabel kunt u de camera-
instellingen regelen via een instelmenu (OSD).
V. 02 – 30/05/2013
CAMCOLD23 - CAMCOLD23W
6
lens
7
lichtsensor
8
kabelgleuf
9
kabel
15
©Velleman nv