NL
3. Normale observatie
Voor de normale observatie zet je de microscoop op een goed verlichte plaats (raam, bureaulamp).
Draai de scherpteregeling (2) tot aan de bovenste aanslag en stel de objectiefrevolver (3) op de klein-
ste vergroting in.
Doe nu de lamp aan met de schakelaar op de voet van de microscoop. Nu schuif je een duurzaam
preparaat (10) onder de klemmen op de objecttafel (4), precies onder het objectief. Wanneer je door
het oculair (1) kijkt, zie je nu het uitvergrote preparaat. Het beeld zal eerst nog wazig zijn. De scherpte
stel je in, door langzaam aan de scherpteregeling te draaien. Nu kun je een hogere vergroting kiezen,
doordat je aan de objectiefrevolver draait en een ander objectief voor het oculair haalt.
Als je de vergrotingsfactor verandert, moet je ook de scherpte opnieuw instellen, en hoe hoger de
vergroting, hoe meer licht er nodig is om de afbeelding goed te kunnen bekijken.
Het instelwieltje (13) onder de microscooptafel (4) helpt bij het bekijken van zeer felle of doorzichtige
preparaten. Draai daarvoor aan het instelwieltje (13) tot het beste contrast bereikt is.
4. Observatie (Elektrische verlichting)
Om dingen te bekijken met het elektrische licht (6) heb je 2 AA batterijen van 1,5 V nodig, die in het
batterijvak (8) in de voet van de microscoop (7) worden geplaatst. Het batterijvak dient met een kruis-
kopschroevendraaier geopend te worden. Let bij het plaatsen van de batterijen op de juiste polariteit
(+/- ). Het deksel van het batterijvak moet nu eerst rechts in de kleine opening gezet worden zodat
het deksel precies past. Nu kun je het schroefje aandraaien.
De verlichting wordt ingeschakeld met behulp van de schakelaar op de voet van de microscoop.
TIP: Hoe hoger de vergroting die je gebruikt, hoe meer licht nodig is voor een goede belichting van
de foto. Daarom altijd uw experimenten beginnen met een lage vergroting.
23