Laserapparaat
Vergrendeld
Ontgrendeld
Laser aan/uit
Zelfnivellerend
Ingeschakeld
Lasermodus
120
1.
2.
3.
4.
Uitgeschakeld
5.
6.
7.
Slot voor transport in vergrendelde stand.
Zelfnivelleringsfunctie is uitgeschakeld.
Slot voor transport in ontgrendelde stand.
Zelfnivelleringsfunctie is geactiveerd.
Druk op de aan/uit-toets om de laser aan en
uit te zetten. De rechter LED-indicator licht
groen op als de laser is ingeschakeld.
De linker LED-indicator licht blauw op als de
laser is ingeschakeld en de zelfnivellerende
functie is uitgeschakeld. LED is uit als de
zelfnivelleringsfunctie is ingeschakeld.
Druk op de lasermodustoets om tussen
verschillende laserstanden te schakelen
- alleen horizontaal, alleen verticaal,
horizontaal en verticaal.
Aan/uit-toets en modustoetsen van de laser
zijn altijd geactiveerd. De toetsen kunnen
gebruikt worden als de zelfnivelleringsfunctie
is in- of uitgeschakeld.
Laserstraal/laserstralen knippert/knipperen
als het laserapparaat buiten werkbereik is.
Herpositioneer het laserapparaat om deze te
nivelleren.
77-117