- NL -
Montage
Leg de afvoerbuis voor de wateruitlaat naar de vijver toe en de slang voor de vuilafvoer naar de riolering of het bloem-
bed (8) met voldoende verval. Plaats het apparaat minstens 2 m van de vijverrand vandaan (7) op een vaste en vlakke
ondergrond en zorg er voor dat het niet onder water komt te staan. Om werkzaamheden aan het apparaat te kunnen
verrichten, moet u de toegang tot het deksel helemaal vrij houden. Om drukverlies te voorkomen, moet u een zo kort
mogelijke slangverbinding leggen met een zo groot mogelijke binnendoorsnede leggen. Leg de verbinding goed
beschermd met zo min mogelijk bochten en zaag het open slangmondstuk (2) op de passende markering af. Schuif
c.q. draai de slang voor de watertoevoer op het open slangmondstuk en maak ze vast met een slangklem. Doe een
vlakafdichting op de schroefdraad van het slangmondstuk, steek de schroefdraad van het slangmondstuk door de
watertoevoer, steek van binnen een O-ring op de schroefdraad en draai van binnen het toevoermondstuk op het
slangmondstuk zodat de opening naar onderen toe wijst. Sluit de tweede waterinlaat af met het gesloten slangmond-
stuk (behalve bij montage van een OASE UVC-voorreinigingsapparaat, bijv. Bitron). Leg de slang zodanig dat niemand
er op kan trappen en er geen knikken in zitten. Sluit de slang aan op de pomp. Tijdens normale filterwerking moet de
vuilafvoer met de sluitkap zijn afgesloten. Om echter duurzaam een 2"-slang op de vuilafvoer te kunnen monteren,
moet u de sluitkap van de vuilafvoer afdraaien, de wartelmoer over het 2"-slangmondstuk heen schuiven, de slang er
op schuiven c.q. draaien en borgen met een slangklem, de vlakafdichting in de wartelmoer leggen en het 2"-
slangmondstuk met de wartelmoer goed vast op de vuilafvoer draaien. Optioneel kunt u op de leidingwateraansluiting
(1) ook duurzaam een ½"-aansluiting voor een tuinslang monteren en op de luchtaansluiting voor de zuurstofverrijking
de OASE vijverbeluchter AquaOxy aansluiten.
Ingebruikneming
Controleer vóór ingebruikname of alle klemmen op het binnendeksel gesloten zijn. Via de kamers voor vijvertoebeho-
ren kunt u toebehoren als filterstarters in het filter en de vijver inbrengen (optioneel). Schakel de pomp in. Opmerking:
Het BioSmart -filter is een biologisch fiItersysteem dat bij nieuwe installatie enkele weken nodig heeft om zijn volledige
biologische werking te ontplooien.
Reiniging en onderhoud
Let op! Gevaarlijke elektrische spanning!
Mogelijke gevolgen: de dood of zware verwondingen.
Veiligheidsmaatregelen:
− Voordat u in het water grijpt, dient u eerst de stekkers van alle apparaten die zich in het water bevinden uit
het stopcontact te trekken.
− Voor werkzaamheden aan het apparaat de stekker uit het stopcontact trekken.
Reinig het apparaat alleen als dit nodig is en gebruik voor een optimale ontwikkeling van de filterbiologie geen chemi-
sche reinigingsmiddelen, aangezien deze de bacteriën in de filterschuimen doden. Reinig het filtersysteem onmiddellijk
als de vlotter in de vuilgraadmeter van buiten af zichtbaar is. Pomp uitzetten en het deksel van het apparaat openma-
ken.
Filterschuimen schoonmaken
Om de filterschuimen mechanisch te reinigen, moet u aan de reinigingsgrepen trekken en meerdere malen niet te hard
of te snel „pompen" (3). Draai eventueel de sluitkap van de vuilafvoer af en maak de schuifafsluiter (4) open, totdat het
water volledig weggestroomd is. Maak de schuifafsluiter weer dicht en herhaal de reinigingsprocedure indien nodig 2
tot 3 maal. Neem de filterschuimen er, indien nodig, uit en maak ze schoon onder helder water. Druk de arrêtering van
de reinigingsgrepen daartoe krachtig opzij, totdat er geen verbinding meer met het binnendeksel bestaat. Maak de
klemmen op het binnendeksel los en neem het deksel weg. Trek de filterschuimen van de schuimhouder (6) af en spuit
de container, het binnendeksel, het deksel en de filterschuimen goed schoon met helder water. Steek de gereinigde
filterschuimen weer op de sponshouder(het groene filterschuim op de zwarte schuimhouder). Trek de grepen van
schuimhouder vanaf de onderzijde door de spleten in het binnendeksel totdat de sponshoudervastklikken. Zet het
binnendeksel in de filtercontainer en klap alle klemmen naar boven toe om, zet het filterdeksel er op en zet de pomp
aan. Als de vlotter van de vuilgraadmeter na het schoonwassen nog steeds een middelmatige tot sterke verontreini-
ging aangeeft, moet u nieuwe filterschuimen aanbrengen.
Vuilgraadmeter reinigen
Draai de vuilgraadmeter ca. 30° naar links (5) en trek hem uit het binnendeksel. Verwijder de sluitstop en de vlotter uit
de behuizing van de vuilgraadmeter en reinig ze met schoon water. In omgekeerde volgorde weer monteren, zodat de
vlotter vrij kan bewegen in de behuizing.
14