Worden er echter elektroden gebruikt waarvoor een
hoge spanning noodzakelijk is, adviseren wij u een hoge
drempelwaarde in te stellen om te voorkomen dat de
boog tijdens het lassen dooft.
Stel de spanning voor het uitschakelen van de
boog nooit hoger in dan nul lading spanning van
de generator.
Parameter ingesteld op Volt(V).
Minimaal 0.0V, maximaal 99,9V, fabrieksinstelling 57.0V.
6
Activering antisticking
Voor het activeren of deactiveren van de anti sticking
functie. Met de anti sticking functie neemt de las-
stroom af tot 0A wanneer er kortsluiting optreedt tus-
sen de elektrode en het werkstuk, dit beschermt de
klem en de elektrode en de lasser en garandeert hun
veiligheid in de gegeven situatie.
AAN anti sticking actief
UIT anti sticking niet actief
7
Arc force drempel om in te grijpen
Voor het regelen van de waarde van de spanning
waarop de generator de typische arc force spanning
toename levert. Hiermee verkrijgt u verschillende soor-
ten dynamiek van de boog.
Laag drempelig: onregelmatig gebruik van de arc force
zorgt voor een boog die heel stabiel is maar weinig
reactie geeft. (ideaal voor onervaren lassers en moeilijk
te lassen elektroden).
Parameter ingesteld in Volt (V).
Minimaal 0.0V, maximaal 99.9 V fabrieksinstelling 8.0V.
8
Dynamic power control (DPC)
Maakt het mogelijk de gewenste V/A karakteristiek te
selecteren.
I =C Constante boog
De toe- of afname van de booglengte heeft geen effect
op de lasstroom.
Basisch, Rutiel, Acid, Staal, Gietijzer
1÷20* Afnemende eigenschappen met instelbare
boog verloop
De verlenging van de booglengte heeft een verlaging
van de lasstroom tot gevolg (en omgekeerd) dit in de
verhouding ampere staat tot voltage van 1 tot 20.
Cellulose, Aluminium
P = C* Wet van behoud van energie
De verlenging van de booglengte veroorzaakt een vela-
ging van de lasstroom (en omgekeerd) en wel volgens
de formule V·I= K.
Cellulose, Aluminium
*
Door de waarde van de arc-force te verhogen wordt de
kans op vastkleven van de electrode verlaagd.
40
Maten
Voor de keuze van de maten die op de display 8 wor-
den weergegeven.
0 Werkelijke stroom
1 Werkelijk voltage
2 Geen maat.
Fabrieksinstelling 0
43
Externe parameter CH1 MIN
Maakt het mogelijk externe parameter 1 te reguleren
(minimale waarde).
44
Externe parameter CH1 MAX
Maakt het mogelijk externe parameter 1 te reguleren
(maximale waarde).
48
Volume van de toeter
Aanpassen van het volume van de toeter.
Minimaal uit, maximaal 10, fabrieksinstelling 5
49
Contrast
Voor het regelen van het contrast van het display.
Minimaal uit, maximaal 15, fabrieksinstelling 7
99
Reset
Maakt het mogelijk dat u de parameters opnieuw instelt
op de fabrieksinstellingen zodat u het hele systeem
terug brengt op de fabrieksinstelling.
Lijst parameters in de set up (TIG)
0
Opslaan en afsluiten
Om de wijzigingen op te slaan en de parameter te ver-
laten.
1
Reset
Om alle parameter weer op de fabrieksinstelling terug
te brengen.
2
Voor gas stroom tijd
Om de gasstroom vóór het ontsteken van de boog in te
stellen en te regelen.
Om de toorts met gas te vullen en de werkplek voor het
lassen in gereedheid te brengen.
Minimaal 0.0 sec., maximaal 25.0sec., fabrieksinstelling
0.1 sec.
3
Begin stroom
Maakt het mogelijk de beginnende lasstroom te regelen.
Maakt het mogelijk een heter of minder heet lasbad te
krijgen direct nadat de boog is ontstaan.
Instelling van de parameters: Ampère(A) – Percentage (%).
Minimaal 3A-1%, maximaal Imax 500%, fabrieksinstel-
ling 50%
4
Begin stroom (%-A)
0=A, 1=%, fabrieksinstelling %
5
Opbouw lijn
Voor het instellen van de geleidelijke overgang van
begin stroom naar de lasstroom.
Uitgedrukt in seconden.
Minimaal uit, maximaal 10.0 sec., fabrieksinstelling uit
6
Bilevel stroom
Voor het regelen van de secondaire stroom bij het las-
sen in bilevel.
De eerste druk op de toortsknop veroorzaakt de gas-
voorstroom, de ontsteking van de boog en het lassen
met beginstroom.
Wanneer de knop voor het eerst wordt losgelaten stijgt
de stroom naar "I1". Als de lasser de knop snel indrukt
en weer loslaat wordt er overgegaan op "I2"; door de
knop snel in te drukken en weer los te laten wordt er
weer overgegaan op "I1" enzovoorts.
Als de knop langer ingedrukt gehouden wordt daalt de
stroom naar de eindstroom.
Als de knop wordt losgelaten gaat de boog uit terwijl het
gas gedurende de gasnastroomtijd blijft stromen.
107