Instelling van de parameters: Ampère(A) – Percentage (%).
Minimaal 3A-1%, maximaal Imax 500%, fabrieksinstel-
ling 50%
7
Bilevel stroom(%-A)
Voor de regeling van secondaire stroom bij het lassen in
Bilevel.
0=A, 1=%, 2=uit
De TIG bilevel, indien geactiveerd, vervangt de 4 tij-
den.
8
Basisstroom
Voor het regelen van de basisstroom bij pulserend en
snel pulserend lassen.
Instelling van de parameters: Ampère(A) – Percentage (%).
Minimaal 3A-1%, maximaal Imax 500%, fabrieksinstel-
ling 50%
9
Basisstroom (%-A)
Voor het regelen van de basisstroom bij pulserend en
snel pulserend lassen.
Instelling van de parameters: Ampère(A) – Percentage (%).
0=A, 1=%, fabrieksinstelling %
10
Puls frequentie
Maakt het mogelijk de puls functie te activeren.
Maakt de regeling mogelijk van de puls frequentie.
Maakt betere resultaten mogelijk bij het lassen van dun
materiaal en een betere esthetische kwaliteit van het bad.
Parameter instelling : Hertz (Hz).
Minimaal 0.5Hz, maximaal 20.0Hz, fabrieksinstelling
4.0Hz
11
Pulse duty cycle
Maakt het mogelijk de inschakelduur bij het puls lassen
te regelen.
Maakt het mogelijk de top stroom voor een kortere of
langere tijd te handhaven.
Parameter instelling: percentage (%).
Minimaal 20%, maximaal 80%, fabrieksinstelling 50%
12
Snelle puls frequentie
Maakt het regelen van de puls frequentie mogelijk.
Maakt scherper ingestelde activiteit en betere stabiliteit
van de elektrische boog mogelijk.
Parameter instelling: Hertz (Hz) - KiloHertz (kHz).
Minimaal 20KHz, maximaal 2.5KHz, fabrieksinstelling
100Hz
13
Afbouwvan de las
Voor het instellen van een geleidelijke overgang van de
lasstroom naar de eindstroom.
Uitgedrukt in seconden.
Minimaal uit, maximaal 10.0 sec, fabrieksinstelling uit
14
Eindstroom
Voor het afstellen van de eindstroom.
Instelling van de parameters: Ampère(A) – Percentage (%).
Minimaal 3A-1%, maximaal Imax 500%, fabrieksinstel-
ling 50%
15
Eindstroom(%-A)
Voor het afstellen van de eindstroom.
Instelling van de parameters: Ampère(A) – Percentage (%).
0=A, 1=%, fabrieksinstelling %
16
Na-gas stroomtijd
Voor het regelen van de lasstroom aan het eind van het
lassen.
Parameter instelling: seconde (s).
Minimaal 0.0s, maximaal 25.0s, fabrieksinstelling syn
17
Start stroom (HF start)
Instelling van de parameters: Ampère (A).
Minimaal 3A, maximaal 170A, fabrieksinstelling 100A
18
Tig start (LIFT)
Maakt de keuze mogelijk van de gewenste boog werking.
108
Aan=LIFT START, uit= HF START, fabrieksinstelling HF
START
19
Puntlassen
Voor de activering van het proces "puntlassen" en om
de lastijd te bepalen.
Maakt de tijdinstelling mogelijk van het lasproces.
Parameter instelling: seconden (s).
Minimaal uit, maximaal 99.9 sec, fabrieksinstelling uit
20
Restart
Maakt het activeren mogelijk van de herstart functie.
Maakt het mogelijk om de boog onmiddellijk te doven
tijdens de down slope of tijdens de herstart van het
lasproces.
0=uit, 1=aan, fabrieksinstelling aan
21
Eenvoudig meedoen (TIG DC)
Maakt het mogelijk de boog te ontsteken met pulse-
rende stroom en de functie in te stellen voordat de
vooraf ingestelde las condities herstart.
Maakt hogere snelheid een meer precisie
tijdens het hechtlassen van de delen.
Parameter instelling: seconde (s).
Minimaal 0.1s, maximaal 25.0s, fabrieksinstelling uit
40
Maten
Voor de keuze van de maten die op de display 8 wor-
den weergegeven.
0 Werkelijke stroom
1 Werkelijk voltage
2 Geen maat.
Fabrieksinstelling 0
42
Stap (U/D)
Voor het regelen van de grootte van de stap van de up-
down toetsen.
Minimum uit, Maximum IMAX, Default 1
43
Externe parameter CH1 MIN
Maakt het mogelijk externe parameter 1 te reguleren
(minimale waarde).
44
Externe parameter CH1 MAX
Maakt het mogelijk externe parameter 1 te reguleren
(maximale waarde).
48
Volume van de toeter
Aanpassen van het volume van de toeter.
Minimaal uit, maximaal 10, fabrieksinstelling 5
49
Contrast
Voor het regelen van het contrast van het display.
Minimaal uit, maximaal 15, fabrieksinstelling 12
99
Reset
Maakt het mogelijk dat u de parameters opnieuw instelt
op de fabrieksinstellingen zodat u het hele systeem
terug brengt op de fabrieksinstelling.
3.4 Alarm codes
E01, E03
Temperatuur alarm
U wordt aangeraden de machine niet uit te schake-
len terwijl het alarm in werking is , zo zal de venti-
lator in het systeem blijven draaien en de verhitting
tegengaan.
E11
Systeem configuratie alarm
E20
Geheugen storing alarm
E21
Verlies informatie alarm
mogelijk