3
Selecteer met de knoppen
de OK-knop.
• „Superfine" (Zeer fijn) voor de hoogste beeldkwaliteit. Deze instelling
neemt de meeste geheugencapaciteit in,
• „Fine" (Fijn) voor gemiddelde beeldkwaliteit. Deze instelling neemt een
gemiddelde geheugencapaciteit in,
• „Economy" (Standaard) voor normale kwaliteit. Deze instelling neemt een
lage geheugencapaciteit in.
5.10 Foto-effecten instellen
De basisinstelling voor de foto-effecten bij het inschakelen van de
camera is „Normal" (Normaal).
1
Activeer met de knop
menu-knop.
2
Selecteer in het menu de optie „Photo Effect" (Foto-effect) en
bevestig met de OK-knop.
3
Selecteer met de knoppen
met de OK-knop.
• „Normal" (Normaal): foto's worden normaal afgebeeld.
• „B/W" (Zwart/wit): foto's worden in zwart/wit afgebeeld.
• „Sepia": foto's worden in nostalgisch bruin afgebeeld.
Sepia: bruin/amber simuleert de bruintint van oude foto's die
ontstaat door oxidatie van de chemische componenten van de foto.
Sepia maakt de bruintinten op een digitale foto donkerbruin om zo
de indruk van een „oude foto" te wekken.
of
de kwaliteit en bevestig met
de foto-modus en druk op de
of
het foto-effect en bevestig
25