Kies "Devices+/-"
o
Selecteer "Program Siren", vervolgens "Learn Siren" en druk op OK.
o
U hoort een lange pieptoon om te bevestigen. De sirene reageert met 2 korte signaaltonen.
3.
Zet DIP-schakelaar 1 op OFF.
De sirene laat een pieptoon horen en flitst om te bevestigen dat de sirene zich in normale
werkingsmodus bevindt. De sirene is nu met het controlepaneel verbonden.
4.
Deactiveer de sabotagebeveiliging (controlepaneel):
Ga naar de programmeermodus.
o
Kies "Devices+/-".
o
Selecteer "Program Siren" en druk op OK.
o
Selecteer "Siren Tamp. Off"
o
5.
Activeer de sabotagebeveiliging (controlepaneel):
In het menu "Program Siren", selecteer "Select Siren Tamp. On" en druk op OK.
9.
Het alarm in standalone-modus gebruiken
Het alarm kan ook zonder controlepaneel als noodoproepsysteem gebruikt worden.
Bij een geopend alarm:
1.
Verwijder alle batterijen uit het buitenalarm.
2.
Zet DIP-schakelaar 5 op ON voor de standalone-modus.
3.
Plaats de batterijen.
4.
Zet de voedingsschakelaar van de printplaat op ON.
5.
Zet DIP-schakelaar 1 op ON.
Er weerklinkt een korte pieptoon en led 1 en 3 knipperen eenmaal. Het alarm bevindt zich nu in
leermodus.
6.
Druk op de testknop op het apparaat (apparaten).
Er weerklinkt een korte pieptoon en led 1 en 3 knipperen eenmaal.
7.
Volg het leerproces, om elk toestel te programmeren. Bij een correcte procedure, weerklinkt een
korte pieptoon en led 1 en 3 knipperen eenmaal.
8.
Zet DIP-schakelaar 1 op OFF.
Led 2 knippert eenmaal om aan te geven dat u de programmeermodus correct verlaten hebt.
9.
Gebruik DIP-schakelaars 3 en 4 om de alarmduur in te stellen (zie boven "DIP-schakelaars
gebruiken").
Opmerkingen
Er kunnen max. 10 toestellen toegevoegd worden.
U kunt de volgende toestellen met het alarm verbinden: afstandsbediening (rc), deur-/venstercontact
(dc), waterdetector (ws), PIR-bewegingsdetector (ir)
Het standalone-alarm kan met een afstandsbediening in- en uitgeschakeld worden.
9.2
Een toestel via de afstandsbediening met het alarm verbinden
Gebruikt u een buitenalarm in standalone-modus (zie hieronder), dan kunt u een voorgeprogrammeerde
afstandsbediening als master-controller gebruiken. Met deze functie kunt u zonder het alarm te openen
en zonder de sabotagebeveiliging te activeren het toestel in leermodus zetten.
In standalone-modus kunt u een afstandsbediening gebruiken, om een toestel met het alarm te
verbinden:
1.
Op de afstandsbediening, druk op de "Home"- en "Panic"-knop, om het alarm in leermodus te
zetten.
Er weerklinkt een korte pieptoon en led 1 en 3 knipperen eenmaal.
2.
Druk op de leerknop van het nieuwe toestel/detector.
3.
Druk op de knop "Disarm", om de leermodus te verlaten.
Op het buitenalarm zal led 2 eenmaal knipperen om te bevestigen.
10.
Functies
De sirene
De sirene produceert min. 104 dBA op 1 m. De alarmduur is via DIP-schakelaar (SW3 en SW4)
programmeerbaar: 3, 5 of 10 minuten en 1 seconde.
V. 01 – 12/06/2013
CTC1000SO
12
©Velleman nv