Gegevensbehoud / gebruik van het apparaat
Is de startaccu losgekoppeld, ontvangt het voertuig alleen nog voeding via het apparaat.
De maximaal toegestane stroomsterkte is 250 mA. Wordt deze stroomsterkte
overschreden, zijn nog teveel verbruikers ingeschakeld en daalt de spanning in het
apparaat. Daardoor wordt een akoestisch en optisch waarschuwingssignaal gegeven.
Dit waarschuwingssignaal blijft actief, ook als er slechts een korte spanningsdaling was.
Met de resettoets (4) kan het waarschuwingssignaal worden gereset.
Is het resetten niet mogelijk, is de stroomsterkte nog steeds te hoog en moeten meer
verbruikers worden uitgeschakeld.
Heeft het apparaat een waarschuwingssignaal gegeven, is een mogelijk
23
gegevensverlies in het voertuig niet uit te sluiten.
Aansluiten van de startaccu
•
De startaccu moet in omgekeerde volgorde van het loskoppelen worden
aangesloten.
Loskoppelen van het apparaat
•
Eerst de netaansluiting verbreken.
•
Boordnetstekker verwijderen.