All manuals and user guides at all-guides.com
OBJ_BUCH-1618-001.book Page 81 Thursday, February 16, 2012 2:01 PM
Tips voor de werkzaamheden
Algemene aanwijzingen
De ontvangstlens 17 en de uitgang van de laserstraal
16 mogen bij een meting niet afgedekt zijn.
Het meetgereedschap mag tijdens een meting niet
bewogen worden (met uitzondering van de functies
duurmeting en hellingmeting). Leg daarom het meet-
gereedschap indien mogelijk tegen een vast aanslag-
of steunoppervlak.
Invloeden op het meetbereik
Het meetbereik is afhankelijk van de belichting en de
mate van weerspiegeling van het meetoppervlak. Ge-
bruik voor een betere zichtbaarheid van de laserstraal
bij werkzaamheden buitenshuis en bij fel zonlicht een
laserbril en een laserdoelpaneel of zorg voor schaduw
op het doelpaneel.
Invloeden op het meetresultaat
Vanwege bepaalde eigenschappen van materialen
kunnen bij metingen op sommige oppervlakken fout-
metingen niet worden uitgesloten. Daartoe behoren:
– transparante oppervlakken zoals glas en water,
– spiegelende oppervlakken zoals gepolijst metaal en
glas,
– poreuze oppervlakken zoals isolatiemateriaal,
– oppervlakken met een structuur, zoals pleisterwerk
en natuursteen.
Gebruik indien nodig op deze oppervlakken een laser-
doelpaneel.
Foute metingen zijn bovendien mogelijk op doelopper-
vlakken waarop schuin wordt gericht.
Ook kunnen luchtlagen met verschillende temperatu-
ren of indirect ontvangen weerspiegelingen de meet-
waarde beïnvloeden.
Nauwkeurigheidscontrole en kalibratie van de
hellingmeting (zie afbeelding H)
Controleer regelmatig de nauwkeurigheid van de hel-
lingmeting. Dit gebeurt door een omslagmeting. Leg
daarvoor het meetgereedschap op een tafel en meet
de helling. Draai het meetgereedschap 180 ° en meet
opnieuw de helling. Het aangegeven verschil mag
maximaal 0,3 ° bedragen.
Bij grotere afwijkingen moet u het meetgereedschap
opnieuw kalibreren. Houd daarvoor de toets helling-
meting 3 ingedrukt. Volg de aanwijzingen in het dis-
play op.
Nauwkeurigheidscontrole van de afstandsme-
ting
U kunt de nauwkeurigheid van de afstandmeting als
volgt controleren:
– Kies een onveranderlijke meetafstand met een
lengte van ca. 1 tot 10 meter waarvan u de lengte
nauwkeurig kent (bijv. kamerbreedte, deuropening).
2 609 140 906 • 16.2.12
De meetafstand moet binnenshuis liggen. Het
doeloppervlak van de meting moet glad en goed re-
flecterend zijn.
– Meet de afstand tien opeenvolgende keren.
De afwijking van de afzonderlijke metingen van de ge-
middelde waarde mag maximaal ± 2 mm bedragen.
Houd de metingen bij, zodat u de nauwkeurigheid op
een later tijdstip kunt vergelijken.
Werkzaamheden met het statief
Het gebruik van een statief is vooral bij grotere afstan-
den noodzakelijk. U kunt het meetgereedschap met
de 1/4"-schroefdraad 19 aan de onderzijde van het
huis op een in de handel verkrijgbaar fotostatief
schroeven.
Stel het referentievlak voor metingen met de aan-
slagstift door het indrukken van de toets 10 overeen-
komstig in (referentievlak schroefdraad).
Oorzaken en oplossingen van fouten
Oorzaak
Oplossing
Temperatuurwaarschuwing (k) knippert, me-
ting niet mogelijk
Meetgereedschap buiten be-
Wacht tot het meetge-
drijfstemperatuur van
reedschap bedrijf-
– 10 °C tot +50 °C (in func-
stemperatuur bereikt
tie duurmeting tot +40 °C).
Indicatie „ERROR" in het display
Optellen of aftrekken van
Alleen meetwaarden
meetwaarden met verschil-
met dezelfde maat-
lende maateenheden
eenheden optellen of
aftrekken
Hoek tussen laserstraal en
Vergroot de hoek tus-
doel is te klein.
sen de laserstraal en
het doel
Doeloppervlak weerspiegelt
Laserdoelpaneel ge-
te sterk (bijv. spiegel) of te
bruiken
zwak (bijv. zwart textiel) of
omgevingslicht is te sterk.
Uitgang laserstraal 16 of ont-
Wrijf de uitgang laser-
vangstlens 17 zijn beslagen
straal 16 of de ont-
(bijv. door snelle tempera-
vangstlens 17 droog
tuurverandering).
met een zachte doek
Berekende waarde is groter
Berekening in tussen-
2
3
dan 999999 m/m
/m
.
stappen verdelen
Indicatie „>60°" of „< – 60°" in het display
Het hellingmeetbereik voor
Voer de meting uit bin-
de meetfunctie resp. het refe-
nen het gespecificeer-
rentieniveau is overschreden.
de hoekbereik.
Nederlands | 81