Nederlands
► Haak de grasopvangbox (2) los.
► Open de sluitlip (3).
► Klap het bovenste gedeelte van de grasop‐
vangbox (4) aan de greep (5) open en houd
deze daar.
► Houd deze met de andere hand de onderste
handgreep (6) vast.
► Maak de grasopvangbox (2) leeg.
► Klap de grasopvangbox (2) dicht.
► Haak de grasopvangbox (2) vast.
12 Na de werkzaamheden
12.1
Na het werken
► Schakel de motor uit.
► Als de grasmaaier nat is: laat de grasmaaier
drogen.
► Reinig de grasmaaier.
13 Vervoeren
13.1
Grasmaaier vervoeren
► Schakel de motor uit.
Het mes mag niet draaien.
► Trek de bougiestekker los.
Grasmaaier duwen
► Duw de grasmaaier langzaam en gecontro‐
leerd vooruit.
Grasmaaier dragen
► Draag werkhandschoenen van stevig materi‐
aal.
► Haak de grasopvangbox los.
► Als de grasmaaier met uitgeklapte duwstang
wordt gedragen:
266
► Laat één persoon de grasmaaier met beide
handen aan de transportgreep (1) vasthou‐
den en een andere persoon met beide han‐
den aan de duwstang (2).
► Til en draag de grasmaaier met twee perso‐
nen.
► Als de grasmaaier met ingeklapte duwstang
wordt gedragen:
► Klap de duwstang in.
► Laat één persoon de grasmaaier met beide
handen aan de transportgreep (1) vasthou‐
den en een andere persoon met beide han‐
den aan de greep (3).
► Til en draag de grasmaaier met twee perso‐
nen.
De grasmaaier in een voertuig transporteren
► Zet de grasmaaier rechtopstaand zodanig
vast, dat de grasmaaier niet kan omvallen en
niet kan bewegen.
14 Opslaan
14.1
Grasmaaier opslaan
► Zet de motor uit en laat deze afkoelen.
► Trek de bougiestekker los.
► Sla de grasmaaier zodanig op, dat aan de vol‐
gende voorwaarden is voldaan:
– De grasmaaier staat buiten het bereik van
kinderen.
– De grasmaaier is schoon en droog.
– De grasmaaier kan niet omvallen.
– De grasmaaier kan niet wegrollen.
12 Na de werkzaamheden
0478-111-9952-B