opgeslagen in het actieve programma zodra u op
de toets
drukt.
c) Irrigatie inschakelen/uitschakelen
De irrigatie kan in- of uitgeschakeld worden door
kort indrukken van de toets
de pedaal (Fig. 8, item 1).
Zolang de irrigatie is ingeschakeld, brandt het
symbool
op het scherm.
Zodra de irrigatie wordt uitgeschakeld, verdwijnt
het symbool
van het lcd-scherm.
7. 4 I-SURGE WERKSTAND
a) Draairichting selecteren
U kunt de draairichting van de I-S
wijzigen door middel van de bedieningspedaal
(Fig. 8, item 3).
U hoort een geluidssignaal net zolang als de
functie geactiveerd is, de motor draait
omgekeerd (linksom) en u ziet het symbool van
de draairichting
op het lcd-scherm.
b) Parameters van programma's instellen
Belangrijk:
Als u het maximale toerental aan het uiteinde van
het hulpstuk programmeert, betekent dit dat de
boor deze voorgeprogrammeerde waarde niet kan
overschrijden.
Stel
geen
lagere
minimumwaarde van de motor (100 t.p.m,
hoekstuk: 1:1).
Stel geen hogere waarde in dan het
voorgeprogrammeerde maximum koppel en ga
ook niet lager dan 10% onder deze waarde.
Het eenmaal gekozen pedaaltype geldt voor alle
werkstanden. Het is niet mogelijk om programma's
te selecteren met verschillende pedaaltypes.
Selecteer de I-S
URGE
selectieknop aan de linkerkant te drukken (Fig. 3,
item 10).
Op het lcd-scherm wordt het tabblad I-S
uitgelicht (Fig. 5).
132
All manuals and user guides at all-guides.com
of van de knop van
micromotor
URGE
waarde
in
dan
werkstand door op de
URGE
De parameters worden in onderstaande volgorde
ingesteld:
1- Hoekstuk kiezen.
2- Toerental instellen.
3- Koppel instellen.
4- Type pedaal kiezen.
Selecteer het programma waarvan u de
parameters wilt instellen
item 5) en druk daarna op de toets
verschijnt een cursor onder CA (hoekstuk).
c) Hoekstuk kiezen
Voorgeprogrammeerd hoekstuk kiezen:
Blader
door
programmeerde waarden met behulp van de
toetsen
of
Voor elk hoekstuk verschijnen de bijbehorende
toegestane maximumwaarden voor toerental en
koppel.
Bevestig het geselecteerde hoekstuk door op de
toets
te drukken.
Zelf een hoekstuk programmeren:
Met het I
C
MPLANT
hoekstukken te gebruiken. U kunt dan zelf de
waarden programmeren voor het hoekstuk.
Blader
door
programmeerde waarden met behulp van de
toetsen
of
de
symbool
verschijnt (Fig. 9, item 10).
Dit symbool duidt aan dat het gaat om een zelf
geprogrammeerde werkstand.
Druk op de toets
eerste cijfer staan.
Stel de waarde van het eerste cijfer in met behulp
van de toetsen
Druk op de toets
tweede cijfer staan.
Stel de waarde van het tweede cijfer in met behulp
van de toetsen
Bevestig de uiteindelijke waarde door op de toets
nu
te drukken.
Opmerking: Als u een hoekstuk kiest, verschijnen
,
,
of
de
verschillende
(Fig. 3, items 7 en 9).
is het mogelijk om speciale
ENTER
de
verschillende
(Fig. 3, items 7 en 9) totdat het
. De cursor gaat onder het
of
(Fig. 3, items 7 en 9).
. De cursor gaat onder het
of
(Fig. 3, items 7 en 9).
(Fig. 3,
; nu
voorge-
voorge-