elektrisch gereedschap kan binnendringen, vergroot
de kans op een elektrische schok.
d) Gebruik de stroomdraad niet op een andere
manier dan waarvoor deze gemaakt is. Trek niet
aan de stroomdraad, ook niet om de stekker
uit het stopcontact te krijgen en draag het
gereedschap niet door het aan de stroomdraad
vast te houden. Houd de stroomdraad uit de buurt
van hitte, olie, scherpe hoeken en bewegende
onderdelen. Beschadigde of verwarde stroomdraden
vergroten de kans op een elektrische schok.
e) Wanneer u het elektrische gereedschap
buitenshuis gebruikt, dient u te zorgen voor
een verlengsnoer dat geschikt is voor gebruik
buitenshuis. Het gebruik van een verlengsnoer dat
geschikt is voor gebruik buitenshuis, vermindert de
kans op een elektrische schok.
f) Moet een krachtmachine in een vochtige
locatie worden gebruikt, gebruik dan een
aardlekschakelaar (ALS). Een ALS vermindert het
gevaar op elektrische schokken.
3. PERSOONLIJKE VEILIGHEID
a) Blijf alert, kijk waar u mee bezig bent en gebruik
uw gezonde verstand wanneer u met elektrisch
gereedschap werkt. Gebruik geen elektrisch
gereedschap wanneer u moe bent of onder
de invloed van drugs, alcohol of medicijnen.
Een moment van onoplettendheid bij het gebruik
van elektrisch gereedschap kan leiden tot ernstig
persoonlijk letsel.
b) Gebruik een veiligheidsuitrusting. Draag altijd
oogbescherming. Een veiligheidsuitrusting, zoals
een stofmasker, schoenen met antislipzolen, een
veiligheidshelm, of oorbescherming die onder de juiste
omstandigheden gebruikt wordt, vermindert de kans
op persoonlijk letsel.
c) Pas op dat het apparaat niet onbedoeld wordt
gestart. Zorg ervoor dat de schakelaar uit staat
voordat u de voeding en/of batterij aansluit, en
als u de machine oppakt en draagt. Gereedschap
dragen terwijl u uw vinger op de schakelaar houdt,
of de stekker in het stopcontact steken terwijl het
gereedschap ingeschakeld staat, is vragen om
ongelukken.
d) Verwijder inbussleutels of moersleutels voordat
u het gereedschap inschakelt. Een sleutel die nog
in of op een draaiend onderdeel van het elektrische
gereedschap zit, kan leiden tot ernstig persoonlijk
letsel.
e) Werk niet boven uw macht. Zorg er altijd voor dat
u stevig staat en goed in balans bent. Hierdoor heft
u betere controle over het gereedschap in onverwachte
situaties.
f) Draag geschikte kleding. Draag geen loszittende
kleding of sieraden. Houd uw haar, kleding en
handschoenen uit de buurt van bewegende
onderdelen. Loszittende kleding, sieraden of
lang haar kan vast komen te zitten in bewegende
onderdelen.
g) Wanneer er apparaten worden bijgeleverd voor
stofafzuiging en –opvang, zorg er dan voor dat
deze aangesloten zijn en op de juiste manier
gebruikt worden. Het gebruik van deze apparaten
vermindert de gevaren die door stof kunnen ontstaan.
h) Als u gereedschap veelvuldig gebruikt,
dan kan dit leiden tot het negeren van de
veiligheidsprincipes, probeer dit te vermijden.
Een achteloze actie kan binnen een fractie van een
20V Draadloze Borstelloze SCHROEF-
BOORMACHINE 2.0
seconde leiden tot ernstig letsel.
4. GEBRUIK EN ONDERHOUD VAN ELEKTRISCH
GEREEDSCHAP
a) Forceer het gereedschap niet. Gebruik
gereedschap dat voor de toepassing geschikt is.
Het gebruik van geschikt gereedschap levert beter
werk af en werkt veiliger als het gebruikt wordt op de
snelheid waar het voor ontworpen is.
b) Gebruik het gereedschap niet wanneer de aan/
uitschakelaar niet functioneert. Gereedschap dat
niet kan worden bediend met behulp van de schakelaar
is gevaarlijk en dient te worden gerepareerd.
c) Haal de stekker uit het stopcontact en/of verwijder
de accu, indien deze kan worden verwijderd,
uit het gereedschap voordat u instellingen
veranderd, toebehoren vervangt of de machine
opbergt. Deze preventieve veiligheidsmaatregelen
verminderen de kans op het ongewild inschakelen van
het gereedschap.
d) Berg gereedschap dat niet gebruikt wordt buiten
het bereik van kinderen op en laat personen die
niet bekend zijn met het gereedschap of met
deze veiligheidsinstructies het gereedschap niet
bedienen. Elektrisch gereedschap kan in de handen
van ongetrainde gebruikers gevaarlijk zijn.
e) Onderhoud elektrisch gereedschap op de juiste
wijze. Controleer of bewegende onderdelen nog
goed uitgelijnd staan, of ze niet ergens vastzitten
en controleer op elke andere omstandigheid
die ervoor kan zorgen dat het gereedschap niet
goed functioneert. Wanneer het gereedschap
beschadigd is, dient u het te repareren voordat
u het in gebruik neemt. Veel ongelukken worden
veroorzaakt door slecht onderhouden elektrisch
gereedschap.
f) Houd snijdend gereedschap schoon en scherp.
Goed onderhouden snijdend gereedschap met
scherpe zaagbladen/messen zal minder snel vastlopen
en is makkelijker te bedienen.
g) Gebruik het gereedschap, de accessoires, de bitjes,
enz. in overeenstemming met deze instructies en
op de manier zoals bedoeld voor het specifieke
type elektrisch gereedschap, rekening houdend
met de werkomstandigheden en het uit te voeren
werk. Het gereedschap gebruiken voor andere
doeleinden dan waar deze voor ontworpen is, kan
gevaarlijke situaties opleveren.
h) Houd de handgrepen en grijpoppervlakten
droog, schoon en vrij van olie en smeermiddel.
Glibberige handgrepen en grijpoppervlakken laten
geen veilige hantering toe, en zorgen ervoor dat u geen
controle hebt over het gereedschap in onverwachte
omstandigheden.
5) GEBRUIK EN ONDERHOUD VAN ACCUGEREEDSCHAP
a) Laad het accupack alleen op met de door de
fabrikant aangegeven oplader. Een oplader die
geschikt is voor het ene type accupack, kan brand
veroorzaken wanneer die gebruikt wordt voor een
ander type accupack.
b) Gebruik het gereedschap uitsluitend met het
aangegeven accupack. Door het gebruik van andere
accupacks ontstaat de kans op letsel of brand.
c) Wanneer het accupack niet gebruikt wordt,
dient u het uit de buurt te houden van metalen
voorwerpen, zoals paperclips, munten, sleutels,
spijkers, schroeven of andere kleine metalen
55
NL