ELEKTRONISCHE CENTRALE CS9100
Eenfasige elektronische centrale voor de automatisering van
roldeuren, met ingebouwde radio-ontvanger.
TECHNISCHE EIGENSCHAPPEN:
- Voeding
- Uitgang knipperlicht
- Uitgang motor
- Voeding fotocellen
- Beveiliging en bediening
in BT
- Bedrijfstemperatuur
- Radio-ontvanger
- Zenders opt.
- Max. TX codes in
het geheugen
- Afmetingen doos
- Behuizing
AANSLUITINGEN OP DE KLEMMENSTROOK:
CN1:
1 : Ingang lijn 230 Vac (Fase).
2 : Ingang lijn 230 Vac (Neutraal).
3 : Uitgang schoon contact voor Knipperlicht/Bijverlichting.
4 : Uitgang schoon contact voor Knipperlicht/Bijverlichting.
5 : Uitgang motor openen.
6 : Uitgang motor algemeen.
7 : Uitgang motor sluiten.
CN2:
1 : Controle en voeding Fotocellen (24Vac).
2 : Controle en voeding Fotocellen (GND).
3 : Ingang PUL bedieningsknop open-dicht (NA).
4 : Ingang GND algemeen.
5 : Ingang DS1 veiligheidsmechanisme.
6 : Ingang DS2 veiligheidsmechanisme.
7 : Ingang GND algemeen.
8 : Ingang DS3 veiligheidsmechanisme.
9 : Ingang massa antenne.
10 : Ingang warme pool antenne.
FUNCTIONELE EIGENSCHAPPEN:
Werking met schakelpaneel:
Bij het gebruiken van het schakelpaneel op laagspanning
(PUL) voor het activeren van het rolluik, bereikt men de
volgende werking:
de eerste impuls bedient de opening gedurende de bedrijfstijd
van de motor, de tweede impuls bedient het sluiten van het
rolluik. Als een impuls wordt gegeven voordat de bedrijfstijd
van de motor is verstreken, stopt de centrale de beweging.
Bij
een
volgende
opdracht
tegenovergestelde richting hervat.
Werking
met
afstandsbedieningen:
Er kunnen verschillende modellen afstandsbedieningen
worden geprogrammeerd: door een code op te slaan (1 toets)
bereikt u een cyclische Stap voor Stap werking (Openen -
Stop - Sluiten); door twee verschillende codes op te slaan (2
toetsen) bereikt u
verschillende opdrachten. De eerste voor het Openen en de
tweede voor het Sluiten. Door drie verschillende codes op te
slaan (3 toetsen) verkrijgt u drie verschillende opdrachten, de
eerste voor het Openen, de tweede voor het Stoppen en de
derde voor het Sluiten.
: 230 Vac 50-60Hz 1100W max.
: 230 Vac 500 W max.
: 230 Vac 500 W max.
: 24 Vac 3 W max.
: 24 Vcc
: -10 ÷70 °C
: 433MHz
: 12-18 Bit of Rolling Code
: 75
: 110x121x47 mm.
: ABS V-0 (IP54).
wordt
de
beweging
verschillende
modellen
Werking met afstandsbediening 1 Toets:
nl
Bij gebruik van de afstandsbediening met een enkele toets
bereikt u de volgende werking: de eerste impuls bedient de
functie Openen totdat de bedrijfstijd van de motor is
verstreken. De tweede impuls bedient het Sluiten van het luik.
Als er een impuls doorkomt voordat de bedrijfstijd van de
motor is verstreken, zorgt de centrale ervoor dat het luik stopt.
Een volgende impuls zorgt voor het hervatten van de
beweging in de tegenovergestelde richting.
Werking met afstandsbediening 2 Toetsen:
Bij gebruik van de afstandsbediening met 2 toetsen bereikt u
de volgende werking: de eerste toets ("Up", verbonden met
de opening) bedient de functie Openen totdat de bedrijfstijd
van de motor is verstreken. De tweede toets ("Down",
verbonden met de Sluiting) bedient het Sluiten van het luik. In
het geval er tijdens de Opening opnieuw een opdracht Up
wordt gegeven zal de centrale de Opening laten voortgaan.
Als daarentegen de opdracht Down wordt gegeven zal de
centrale de beweging onderbreken.
Dezelfde procedure geldt tijdens de Sluitfase.
Werking met afstandsbediening 3 toetsen:
Bij gebruik van de 3 toetsen afstandsbedieningen bereikt u
de volgende werking: de Up toets bedient de opening totdat
de bedrijfstijd van de motor is verstreken. De Stop toets
bedient het stoppen en de Down toets bedient het sluiten van
het luik. Als gedurende het openen of sluiten de opdracht
Stop wordt gegeven, geeft de centrale de opdracht het luik te
stoppen. Als gedurende het openen of het sluiten een
opdracht wordt gegeven die tegenovergesteld is aan de
huidige beweging, geeft de centrale de opdracht tot het
omkeren van de bewegingsrichting.
Automatische sluiting:
De centrale zorgt voor het automatisch hersluiten van het luik,
zonder het verzenden van verdere opdrachten.
De keuze van deze functioneringswijze is beschreven in de
programmeringsmodus van de Pauzetijd.
Veiligheidsmechanisme DS1:
De ingang DS1 voorziet de aansluiting van een algemeen
veiligheidsmechanisme met een contact (NC). Als deze
ingang niet wordt gebruikt moet hij worden overbrugd.
Het ingrijpen in de openingsfase wordt niet in overweging
genomen; in de sluitingsfase veroorzaakt het het omkeren
van de bewegingsrichting. Een andere werking van het
veiligheidsmechanisme
programmering van SEL DS1.
Veiligheidsmechanisme DS2:
De ingang DS2 voorziet de aansluiting van een algemeen
veiligheidsmechanisme met een contact (NC). Als deze
ingang niet wordt gebruikt moet hij worden overbrugd.
Het ingrijpen in de openingsfase wordt niet in overweging
in
genomen; in de sluitingsfase veroorzaakt het het omkeren
van de bewegingsrichting. Een andere werking van het
veiligheidsmechanisme
programmering van SEL DS2.
Veiligheidsmechanisme DS3:
De ingang DS3 voorziet de aansluiting van een algemeen
veiligheidsmechanisme met een contact (NC). Als deze
ingang niet wordt gebruikt moet hij worden overbrugd.
Het ingrijpen in de openingsfase wordt niet in overweging
genomen; in de sluitingsfase veroorzaakt het het omkeren
van de bewegingsrichting. Een andere werking van het
veiligheidsmechanisme
programmering van SEL DS3.
Werking met TIMER:
kunt
u
terugvinden
kunt
u
terugvinden
kunt
u
terugvinden
in
de
in
de
in
de