Lees vóór het eerste gebruik van uw accessoire deze
veiligheidsinstructies, ga navenant te werk en bewaar
ze voor later gebruik of nieuwe eigenaars.
Inhoudsopgave
Apparaat-elementen . . . . . . . .
Doelmatig gebruik . . . . . . . . . .
Zorg voor het milieu . . . . . . . . .
Voor ingebruikneming . . . . . . .
Ingebruikneming . . . . . . . . . . .
Buitenwerkingstelling . . . . . . . .
Opslag . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Verzorging en onderhoud . . . .
Hulp bij storingen . . . . . . . . . . .
Technische gegevens . . . . . . .
Accessoires . . . . . . . . . . . . . . .
Apparaat-elementen
Afbeeldingen zie pagina 2
1 Zuigaansluiting DN 70
2 Hogedrukschakelaar
3 Noodstopschakelaar
4 Luchtafsluitkraan
5 Hogedruk-slangaansluiting 9/16-18 UNF LH
6 Kabelaansluiting
7 Luchtdruktoevoer
Doelmatig gebruik
Gebruik die toebehoren enkel
– in combinatie met WOMA-hogedrukwaterstraalmachines
– voor het reinigen en verwijderen met hogedrukwaterstraal.
Zorg voor het milieu
Het verpakkingsmateriaal is herbruikbaar. Deponeer
het verpakkingsmateriaal niet bij het huishoudelijk af-
val, maar bied het aan voor hergebruik.
Onbruikbaar geworden apparaten bevatten waarde-
volle materialen die geschikt zijn voor hergebruik. Le-
ver de apparaten daarom in bij een inzamelpunt voor
herbruikbare materialen. Batterijen, olie en dergelijke
stoffen mogen niet in het milieu belanden. Verwijder
overbodig geworden apparatuur daarom via geschikte
inzamelpunten.
Aanwijzingen betreffende de inhoudsstoffen (REACH)
Huidige informatie over de inhoudsstoffen vindt u onder:
www.kaercher.com/REACH
Veiligheidsinstructies
– Neem de op de toebehoren aangebrachte waarschuwings-
en aanwijzingsborden in acht; ze bevatten immers belangrijke
instructies voor een gevaarloos bedrijf.
– Naast de instructies in de gebruiksaanwijzing moeten de al-
gemene voorschriften inzake veiligheid en ongevallenpreven-
tie van de wetgever in acht genomen worden.
Gevarenniveaus
GEVAAR
Verwijzing naar een onmiddellijk dreigend gevaar dat tot ernstige
en zelfs dodelijke lichaamsverwondingen leidt.
WAARSCHUWING
Verwijzing naar een mogelijke gevaarlijke situatie die tot ernstige
en zelfs dodelijke lichaamsverwondingen kan leiden.
VOORZICHTIG
Verwijzing naar een mogelijk gevaarlijke situatie die tot lichte ver-
wondingen kan leiden.
LET OP
Verwijzing naar een mogelijke gevaarlijke situatie die tot materi-
ele schade kan leiden.
GEVAAR
– Controleer de kabels en slangleidingen voor elk gebruik op
schade. Laat beschadigde kabels en slangleidingen onmid-
dellijk door een geautoriseerde klantenservice vervangen.
NL
1
– Let erop dat kabels en slangleidingen of de verlengkabels niet
NL
1
aangetast of beschadigd worden door overrijden, knellen,
NL
1
rekken o.d. Bescherm ze tegen hitte, olie en scherpe randen.
NL
2
NL
3
NL
3
GEVAAR
NL
3
– De schroefverbinding van alle aansluitslangen moet dicht
NL
3
zijn.
NL
3
NL
3
NL
3
GEVAAR
– Werk nooit alleen!
– Om veiligheidsredenen moet bij de bediening van het appa-
raat altijd een tweede persoon aanwezig zijn om het apparaat
in geval van nood buiten werking te stellen en indien nodig
hulp te roepen.
– Bij ondeskundig gebruik kunnen hogedrukstralen gevaarlijk
zijn. De straal mag niet op personen, dieren, elektrische uit-
rusting of het apparaat zelf gericht worden, ook niet bij de rei-
niging.
– De gebruiker moet de toebehoren op reglementaire wijze ge-
bruiken. Hij moet rekening houden met de plaatselijke om-
standigheden en tijdens de werkzaamheden met het appa-
raat letten op personen in de omgeving.
– Controleer de toebehoren met de werkvoorzieningen voor ge-
bruik op reglementaire toestand en bedrijfsveiligheid.
Gebruik de toebehoren niet als kabels, slangleidingen of be-
langrijke delen beschadigd zijn.
– Beveilig werkgebieden (spuitbereiken) en de werkomgeving
duidelijk zichtbaar tegen onbevoegd betreden tijdens de
werkzaamheden en stel waarschuwingsborden en afscher-
mingen op.
– Bij straalwerkzaamheden mag naast de bediener niemand in
een omtrek van 10 m rond de straalinrichting staan.
– Gebruik het apparaat niet bij vermoeidheid, ziekte, invloed
van alcohol of geneesmiddelen.
– Werk nooit met oplosmiddelhoudende vloeistoffen of onver-
dunde zuren en oplosmiddelen! Daartoe behoren bv. benzi-
ne, verfverdunner of stookolie. De spuitnevel is zeer licht ont-
vlambaar, explosief en giftig. Gebruik geen aceton, onverdun-
de zuren en oplosmiddelen aangezien deze de in de toebe-
horen gebruikte materialen aantasten.
– Gebruik de toebehoren niet bij temperaturen onder 0 °C.
– Gebruik enkel slangleidingen, spuitinrichtingen en toebeho-
ren die zijn vrijgegeven voor de maximale bedrijfsdruk van het
apparaat.
De hogedrukwaterstraalmachine moet beveiligd worden te-
gen drukoverschrijding van die waarde.
– Meerdere spuitinrichtingen aan de hogedrukwaterstraalma-
chine mogen enkel tegelijkertijd bediend worden als bij het
openen of sluiten van aparte spuitinrichtingen bij de andere
geen gevaarlijke reactieveranderingen kunnen optreden.
– In functie van de gebruikte toebehoren ontstaan hand-/arm-
versnellingswaarden van >2,5 m/s².
Langere gebruiksduur van het apparaat kan door de trillingen
leiden tot doorbloedingsstoornissen in de handen.
Een algemeen geldende duur voor het gebruik kan niet vast-
gelegd worden aangezien die afhangt van verschillende fac-
toren:
persoonlijke aanleg tot slechte bloedsomloop (vaak koude
vingers, kriebelende vingers).
Lage omgevingstemperatuur. Warme handschoenen dragen
ter bescherming van de handen.
1
-
NL
Kabels en slangleidingen
Wateraansluiting
Gebruik
15