OBJ_BUCH-2303-002.book Page 98 Tuesday, March 3, 2015 4:32 PM
98 | Nederlands
– Maak de klemhendel 43 los.
– Draai de gereedschaparm aan de handgreep 8 naar links of
naar rechts tot de hoekaanduiding 44 of 33 de gewenste
verstekhoek aangeeft.
– Draai de klemhendel 43 weer vast.
Verticale standaardverstekhoek instellen
(zie afbeelding K)
Standaardverstekhoek 0°:
– Zwenk de gereedschapsarm aan de handgreep 8 lichtjes
naar links en schuif de aanslag 46 helemaal naar achteren.
Standaard verstekhoek 45°, 33,9° en 22,5°:
– Draai de linker of rechter aanslag 31 tot de gewenste stan-
daard verstekhoek aan de pijlmarkering vastklikt.
Ingebruikneming
Let op de netspanning! De spanning van de stroombron
moet overeenkomen met de gegevens op het type-
plaatje van het elektrische gereedschap. Met 230 V
aangeduide elektrische gereedschappen kunnen ook
met 220 V worden gebruikt.
Inschakelen (zie afbeelding L)
Om energie te besparen, schakelt u het elektrische gereed-
schap alleen in wanneer u het gebruikt.
– Als u het gereedschap wilt inschakelen drukt u de aan/uit-
schakelaar 7 in en houdt u deze ingedrukt.
Opmerking: Om veiligheidsredenen kan de aan/uit-schake-
laar 7 van de machine niet worden vergrendeld, maar moet
deze tijdens het gebruik voortdurend ingedrukt blijven.
Alleen door op de blokkeerschakelaar 9 te drukken kan de ge-
reedschaparm omlaag worden bewogen.
– Om te zagen moet u daarom naast het indrukken van de
aan-/uitschakelaar 7 op de blokkeerschakelaar 9 drukken.
Uitschakelen
– Als u het gereedschap wilt uitschakelen laat u de aan/uit-
schakelaar 7 los.
Aanloopstroombegrenzing
De elektronische aanloopstroombegrenzing begrenst het ver-
mogen bij het inschakelen van het elektrische gereedschap
en maakt het gebruik met een zekering van 16 A mogelijk.
Opmerking: Als het elektrische gereedschap onmiddellijk na
het inschakelen met volledig toerental loopt, is de aanloop-
stroombegrenzing uitgevallen. Het elektrische gereedschap
moet zo spoedig mogelijk aan de klantenservice worden ver-
zonden. Zie voor adressen „Klantenservice en gebruiksadvie-
zen" op pagina 101.
Tips voor de werkzaamheden
Algemene aanwijzingen voor het zagen
Draai de vastzetknop 21 en de klemhendel 43 voor het
zagen altijd goed vast. Het zaagblad kan anders in het
werkstuk schuin wegdraaien.
Elke keer wanneer u zaagt, moet u eerst controleren
dat het zaagblad op geen enkel moment de aanslagrail,
lijmklemmen of andere gereedschapdelen kan aanra-
ken. Verwijder eventueel gemonteerde hulpgeleiders
of pas deze op de juiste wijze aan.
1 609 92A 0Z4 | (3.3.15)
Bescherm het zaagblad tegen schokken en stoten. Oefen
geen zijwaartse druk op het zaagblad uit.
Bewerk geen kromgetrokken werkstukken. Het werkstuk
moet altijd een rechte rand hebben om tegen de aanslagrail te
leggen.
Ondersteun het vrije einde van een lang werkstuk, bijvoor-
beeld door er iets onder te leggen.
Zorg ervoor dat de pendelbeschermkap correct werkt en vrij
kan bewegen. Als de gereedschaparm omlaag wordt geleid,
moet de pendelbeschermkap opengaan. Als de gereedschap-
arm omhoog wordt geleid, moet de pendelbeschermkap bo-
ven het zaagblad weer sluiten en in de bovenste positie van de
gereedschaparm vergrendelen.
Zaaglijn markeren (zie afbeelding M)
Een laserstraal geeft de zaaglijn van het zaagblad aan. Daar-
door kunt u het werkstuk voor het zagen nauwkeurig positio-
neren zonder de pendelbeschermkap te openen.
– Schakel daarvoor de laserstraal met de schakelaar 42 in.
– Stel uw markering op het werkstuk aan de rechterkant van
de laserlijn af.
Opmerking: Controleer voor het zagen of de zaaglijn nog cor-
rect wordt aangegeven (zie „Laser instellen", pagina 99). De
laserstraal kan bijvoorbeeld door de trillingen bij intensief ge-
bruik worden versteld.
Positie van de bediener (zie afbeelding N)
Ga niet op één lijn met het zaagblad vóór het elektri-
sche gereedschap staan, maar altijd opzij van het zaag-
blad. Zo is uw lichaam beschermd tegen een mogelijke te-
rugslag.
– Houd uw handen, vingers en armen uit de buurt van het
ronddraaiende zaagblad.
– Houd uw armen niet gekruist voor de gereedschaparm.
Toegestane werkstukmaten
Maximale werkstukmaten:
Verstekhoek
Horizontaal
Verticaal
0°
0°
45° (Rechts/Links)
0°
0°
45° (Links)
0°
45° (Rechts)
45°
45° (Links)
45°
45° (Rechts)
45° (Rechts/Links)
45° (links met
SDS-bout)
Minimale werkstukmaten (= alle werkstukken die met de
meegeleverde lijmklem 29 links of rechts van het zaagblad
kunnen worden vastgespannen):
100 x 40 mm (lengte x breedte)
Max. zaagdiepte (0°/0°): 70 mm
Hoogte x breedte
[mm]
70 x 312
70 x 225
45 x 312
20 x 312
45 x 225
20 x 225
30 x 225
Bosch Power Tools