NEDERLANDS
•
Draag altijd slagvaste oogbescherming als met het gereedschap wordt gewerkt. Het niveau van bescherming dient
vóór elk gebruik beoordeeld te worden.
•
Op datzelfde moment dient ook het risico voor derden beoordeeld te worden.
•
Controleer of het werkstuk veilig en goed werd bevestigd.
•
Controleer of de bescherming tegen het uitwerpen van een blindklinknagel en/of nagel op de juiste plek aanwezig is
en goed functioneert.
•
Waarschuw tegen het mogelijk 'gedwongen' uitwerping van nagels vanuit de voorzijde van het gereedschap.
•
Bedien het gereedschap NIET als het op iemand/anderen is gericht.
1.3 OPERATIONELE RISICO'S
•
Het gebruik van het gereedschap kan de handen van de gebruiker blootstellen aan risico's, inclusief het beklemd raken,
inslag, snij- en schaafwonden en hitte. Draag geschikte handschoenen voor het beschermen van de handen.
•
Gebruikers en onderhoudspersoneel moeten fysiek in staat zijn om de massa, het gewicht en de kracht van het
gereedschap te kunnen hanteren.
•
Het gereedschap dient op de juiste manier vastgehouden te worden; de gebruiker dient gereed te zijn om normale of
plotselinge bewegingen te neutraliseren en de gebruiker dient beide handen ter beschikking te hebben.
•
Houd de handgrepen droog, schoon en vrij van olie en vet.
•
Zorg voor een evenwichtige stand van het lichaam en een stevige stand van de voeten tijdens het werken met het
gereedschap.
•
Het start/stop-apparaat vrijgeven als er een onderbreking is van de hydraulische toevoer.
•
Uitsluitend smeermiddelen gebruiken die door de fabrikant worden aanbevolen.
•
Vermijd contact met hydraulische vloeistoff en. Voorkom uitslag van de huid, was na contact met deze vloeistof
onmiddellijk goed uw handen.
•
Gegevensbladen Materiaalveiligheid zijn voor alle hydraulische oliën en smeermiddelen op aanvraag verkrijgbaar bij
uw leverancier van het gereedschap.
•
Voorkom ongeschikte houdingen, omdat het waarschijnlijk is dat het in dergelijke houdingen niet mogelijk is om
normale en/of onverwachte bewegingen van het gereedschap te neutraliseren.
•
Als het gereedschap is bevestigd aan een ophangelement, controleer dan of de ophanging veilig is.
•
Wees alert op het pletgevaar als het neusstuk niet werd aangebracht.
•
Gebruik het gereedschap NIET zonder de neushouder.
•
Er is voldoende ruimte nodig voor de handen van de gebruiker.
•
Houd uw handen uit de buurt van de bedieningsschakelaar wanneer u het gereedschap verplaatst om incidenteel
opstarten te voorkomen.
•
Gebruik het gereedschap NOOIT verkeerd, laat het niet vallen en gebruik het niet als hamer.
•
Let op dat de restnagels geen gevaarlijke situatie veroorzaken.
1.4 GEVAREN BIJ HERHAALDE BEWEGINGEN
•
Tijdens het hanteren van het gereedschap kan de gebruiker een onaangenaam gevoel ervaren in de handen, armen,
schouders, nek of andere delen van het lichaam.
•
Bij het hanteren van het gereedschap moet de gebruiker een comfortabele houding aannemen, terwijl tegelijkertijd
een goede en veilige stand van de voeten wordt behouden en een ongemakkelijke en/of onevenwichtige houding
wordt voorkomen. Bij langdurige werkzaamheden moet de gebruiker van houding veranderen; hierdoor kan een
onaangenaam gevoel en vermoeidheid worden voorkomen.
•
Als de gebruiker symptomen ervaart zoals een aanhoudend onaangenaam gevoel, pijn, kloppend gevoel, tintelingen,
gevoelloosheid, branderig gevoel of stijfheid, dienen deze waarschuwingssignalen niet genegeerd te worden. De
gebruiker moet de werkgever informeren en contact opnemen met een gekwalifi ceerde gezondheidsdeskundige.
1.5 GEVAREN BIJ GEBRUIK VAN ACCESSOIRES
•
Ontkoppel het gereedschap van de hydraulische en elektrische voeding voordat het neusstuk of een accessoire wordt
geplaatst of verwijderd.
•
Gebruik uitsluitende de formaten en soorten van de accessoires en verbruiksartikelen die door de fabrikant van
het gereedschap worden aanbevolen; geen andere formaten en soorten van de accessoires en verbruiksartikelen
gebruiken.
1.6 GEVAREN OP DE WERKPLEK
•
Het uitglijden, struikelen en vallen zijn de belangrijkste oorzaken van verwondingen op de werkplek. Wees alert op
door het gereedschap veroorzaakte gladde oppervlakken en let ook op risico's op het struikelen, veroorzaakt door de
luchtslang of de hydraulische slang.
•
Ga voorzichtig te werk in onbekende omgevingen. Hier kunnen verborgen risico's aanwezig zijn, zoals stroomkabels of
andere kabels van andere nutsvoorzieningen.
•
Het gereedschap is niet bedoeld voor gebruik in potentieel explosieve omgevingen en is niet geïsoleerd tegen contact
met elektriciteit.
136
VERTALING VAN DE ORIGINELE INSTRUCTIE