NL
¾ In een straal van 15 meter rond het
snoeigebied mogen zich geen andere
personen of dieren ophouden, omdat deze
door weggeslingerde voorwerpen kunnen
worden verwond.
¾ Werk niet bij slecht licht en slechte
weersomstandigheden.
¾ Het apparaat niet gebruiken voor
werkzaamheden, waarvoor het niet is bestemd.
¾ Houd de grepen van het apparaat droog,
schoon en vrij van olie en/of vet.
¾ Vermijd zaagwerkzaamheden in struiken,
omdat hierbij kleine takken in de zaagketting
kunnen blijven hangen en ongecontroleerd
rondgeslingerd kunnen worden.
¾ Zorg ervoor dat u in elke werkpositie stevig en
stabiel kunt staan.
¾ Vergewis u er voor het starten van het
apparaat, of de zaagketting niets raakt.
¾ Gebruik geen ladders, omdat dit kan leiden tot
verlies van het evenwicht of tot verlies van de
controle over het apparaat.
¾ Strek uw armen niet te ver naar voren uit.
¾ Werk nooit op of in bomen.
¾ Zaag geen onder spanning staande houten
delen af.
¾ Werk nooit alleen. Zorg ervoor dat u roep-
, zicht- of een andere verbinding met een
andere persoon hebt, die in staat is om in
noodgevallen eerste hulp te bieden.
¾ Bij wegleggen van het apparaat moet altijd de
motor uitgeschakeld zijn.
¾ Schakel bij iedere plaatswissel de motor uit
en breng de beschermkap aan.
¾ Gebruik het apparaat nooit in een natte en of
vochtige omgeving.
¾ Gebruik alleen door de fabrikant vrijgegeven
zaagkettingen en rails.
¾ Pas op voor een terugslag van de kettingzaag
en vermijd contact van de punt van de
geleidingsrail met voorwerpen. Snoei niet met
de punt van de geleidingsrail.
Opmerkingen over trillingen:
¾ De effecten van trillingen kunnen schade aan
zenuwen en storingen in de bloedcirculatie in
handen en armen veroorzaken.
¾ Draag bij het werken in een koude omgeving warme
kleding en houdt uw handen warm en droog.
¾ Pauzes houden.
¾ Merkt u dat de huid bij uw vingers of handen
gevoelloos wordt, jeukt, zeer doet of wit
verkleurd, stop dan met werken met de
machine en bezoek eventueel een arts.
66
Veiligheidsaanwijzingen
¾ De opgegeven trillingsemissiewaarden:
• Zijn volgens een genormeerde testprocedure
gemeten.
• Maakt het inschatten van de emissies van
het elektrisch gereedschap en het vergelijken
van verschillende elektrisch gereedschappen
mogelijk. Afhankelijk van de gebruiksom-
standigheden, de toestand van het elektrisch
gereedschap of de werkgereedschappen, kan
de werkelijke belasting hoger of lager uitvallen.
Houd bij het inschatten rekening met pauzes
en fasen met een geringere belasting. Leg
op grond van overeenkomstig aangepaste
inschattingen beschermende maatregelen vast,
bijvoorbeeld organisatorische maatregelen.
Na het gebruik
¾ Schakel de machine uit, verwijder de
bedieningssteel van de machine en controleer
de machine op beschadiging. Let op, gevaar!
Het snijgereedschap loopt na!
¾ Schakel de machine uit en verwijder de
bedieningssteel van de machine, voordat
onderhouds- en reinigingswerkzaamheden
aan de machine worden uitgevoerd. Let op,
gevaar! Het snijgereedschap loopt na!
¾ Wacht altijd tot het snijgereedschap
stilstaat en raak geen bewegende gevaarlijke
onderdelen aan voordat u de bedieningssteel
van het apparaat verwijdert.
¾ Het verwijderen van de
veiligheidsvoorzieningen mag alleen
bij stopgezette motor en verwijderde
bedieningssteel.
¾ Zorg ervoor dat de ventilatiesleuven vrij zijn
van vuil.
¾ Reinig het apparaat niet met water.
¾ Berg het apparaat op een veilige plaats op.
¾ Berg het apparaat buiten het bereik van
kinderen op.
¾ Laat de machine afkoelen, voor het
wegleggen/opbergen.
¾ Plaats altijd de beschermende afdekking na
gebruik en wanneer niet in gebruik.
Algemene veiligheidsaanwijzingen
¾ Vervangingsonderdelen moeten voldoen
aan de door de fabrikant vastgelegde
eisen. Gebruik daarom alleen originele
vervangingsonderdelen of de door de fabrikant
goedgekeurde vervangingsonderdelen.
Volg bij vervanging altijd de bijgeleverde
inbouwinstructies en verwijder van tevoren altijd
de bedieningssteel van het apparaat.
Veiligheidsaanwijzingen