ondergrond. Verplaats het apparaat niet tijdens de
werking of wanneer er heet water bevat.
10. Gebruik alleen originele toebehoren en
reserveonderdelen.
11. Controleer het apparaat regelmatig op beschadigingen.
Gebruik geen beschadigd apparaat. Probeer het
apparaat niet zelf te repareren - neem contact op
met een erkend reparatiebedrijf. Als het netsnoer
beschadigd is, moet het door de fabrikant worden
vervangen zodat elk risico wordt voorkomen.
12. Na gebruik, bij montage, demontage en reiniging
moet het apparaat worden uitgeschakeld en van de
stroombron losgekoppeld.
13. Houd het apparaat uit de buurt van scherpe randen
en warmte- en vochtbronnen. Niet blootstellen aan
direct zonlicht tijdens het drogen.
14. Dompel het apparaat en het netsnoer niet onder in
water of andere vloeistoffen.
15. Vermijd het risico van oververhitting.
16. Alvorens de fles in de flessenverwarmer te plaatsen
en het water erin te gieten, moet ervoor worden
gezorgd dat deze goed is afgesloten.
17. Zorg ervoor dat er water in het apparaat zit voordat
u het inschakelt. Zet het apparaat nooit aan als er
geen water in zit.
NL
‑ 58 ‑