PROEFDRAAIMENU
Element
Optionele functie
Stoppen van de venti-
lator van de binnenunit
tijdens koeling thermo
OFF condities
?
O P M E R K -
Cd
I N G
Deze functie is NIET
beschikbaar voor mod-
ellen RPI-FSN3E(P)E en
RCD-FSN3.
Stoppen van de
ventilator van de
binnenunit tijdens
verwarming thermo OFF
condities
Stoppen van de
CE
ventilator van de
binnenunit tijdens
verwarming thermo
OFF condities (met de
temperatuursensor van
de afstandbediening)
Wijziging van
lamellenbereik
Modellen:
RCI-FSN4
RCIM-FSN4E
RCD-FSN3
RPC-FSN3
CF
Modellen:
RPK-FSN(H)3M
Beheer van de werking
van de binnenunit na
d1
een onderbreking van
de voeding - optie 1
d2
Niet beschikbaar
Beheer van de werking
van de binnenunit na
d3
een onderbreking van
de voeding - optie 2
550
PMML0496 rev.1 - 12/2020
Individu-
Instel-
ele instel-
lingen
ling
Ventilatorsnelheid tijdens
koeling thermo OFF: Laag
00
(fabrieksinstelling)
O
De ventilator van de binnenunit
wordt gestopt tijdens koeling thermo
01
OFF
Ventilatorsnelheid tijdens
verwarming thermo OFF: Laag
00
(fabrieksinstelling)
De ventilator van de binnenunit
O
wordt gestopt tijdens verwarming
thermo OFF
01
(Als de automatische lamellen zijn
ingesteld, zullen de lamellen zowel
in thermo ON of in thermo OFF
condities blijven werken)
Standaard (7-stappen werking)
00
(fabrieksinstelling)
Koudetochtpreventie (5 stappen)
(Kan niet worden ingesteld op de
01
onderste twee stappen; onderste 2
stappen afsluiten)
Hoge plafonds (5 stappen)
(Kan niet worden ingesteld op de
02
bovenste twee stappen; bovenste 2
stappen afsluiten)
O
Standaard (7-stappen)
(5 stappen voor koeling en
00
droogmodus)
Koudetochtpreventie
(5 stappen uitsluitend voor
verwarming en ventilator)
01
(Kan niet worden ingesteld op de
onderste twee stappen, onderste 2
stappen afsluiten)
Niet in gebruik
02
Functie niet geactiveerd
00
(fabrieksinstelling)
O
Functie ingeschakeld
01
"- -"
–
–
permanent
Functie niet geactiveerd
00
(fabrieksinstelling)
O
Functie ingeschakeld
01
Instelvoorwaarden
De werking van de ventilator van de
binnenunit wordt gestopt bij koeling
thermo OFF condities als de extra
externe temperatuursensor THM-
R2AE (aangesloten op THM4) of de
temperatuursensor van de PC-ARFP1E
wordt gebruikt.
C8 moet op 01 worden ingesteld om de
instelling Cd=01 te gebruiken.
De binnenunit gebruikt de
temperatuursensor van de PC-ARFP1E
om de kamertemperatuur te regelen
wanneer de ventilator is stilgevallen
(uitschakelcyclus ventilator bij verwarming
thermo OFF)
C8 moet op 01 worden ingesteld om de
instelling CE=01 te gebruiken.
Besturing door externe temperatuursensor
aangesloten op THM4 is niet toegestaan.
Deze functie past de hoek van de
lamellen van de luchtuitlaat aan.
(Wijzigingen in de instelling van deze
functie worden toegepast nadat de
stroomvoorziening wordt uit- en weer
ingeschakeld of nadat de automatische
lamellen in de automatische modus een
volledige cyclus heeft gemaakt)
Wanneer de stroomtoevoer wordt
hersteld, worden de binnenunits die
worden bestuurd door de bedrade
afstandsbediening ingeschakeld,
ongeacht hun AAN/UIT-status
op het moment van de laatste
stroomonderbreking.
–
Wanneer de stroomtoevoer wordt
hersteld, worden de binnenunits die
worden bestuurd door de bedrade
afstandsbediening automatisch
ingeschakeld ALLEEN als ze al AAN
waren op het moment van de laatste
stroomonderbreking.
Als de binnenunits UIT waren toen de
stroom werd uitgeschakeld, blijven ze in
de UIT-status wanneer de stroomtoevoer
is hersteld.
Beschrijving