Descargar Imprimir esta página

Profile PIN-141 Manual De Instrucciones página 2

Publicidad

Idiomas disponibles
  • MX

Idiomas disponibles

  • MEXICANO, página 9
-- overbelastingsbeveiliging: 250 V effectieve waarde
-- open circuit spanning: ongeveer 3,0 V
7. BEDIENINGSINSTRUCTIES
7-1 Let op voor gebruik
a. Als de spanning van de batterij lager is dan 7 V, zal er op het scherm
het symbool "
" verschijnen. De batterij moet op dit ogenblik worden
vervangen voor een nauwkeurige meting.
b. Let op voor het "
"-symbool naast de ingangsaansluiting, dat
aanduidt dat de ingangsspanning of de ingangsstroom binnen de
opgegeven waarde moet liggen.
c. De functieschakelaar moet voor de meting op het gewenste
meetbereik worden gezet.
7-2 DC-spanning meten
a. Sluit het zwarte testsnoer aan op de COM-aansluiting en het rode
testsnoer op de VΩmA-aansluiting.
b. Stel de draaischakelaar in op de gewenste V
c. Verbind de testsnoeren over de spanningsbron of belasting die moet
worden gemeten.
d. U kunt het resultaat aflezen van het lcd-scherm. De polariteit van de
verbinding van het rode snoer zal samen met de spanningswaarde
worden weergegeven.
OPMERKING:
1. Als de schaal van de te meten waarde niet op voorhand is gekend, zet
u de functieschakelaar op de hoogste stand.
Wanneer enkel het cijfer „1‟ of „-1‟ wordt weergegeven, is er een
2.
overschrijding en moet er een hoger bereik worden geselecteerd.
"
3.
" betekent dat er geen spanning hoger dan 600 V mag worden
ingegeven. Het is mogelijk om een hogere spanning te tonen, maar dit
kan het interne circuit beschadigen of leiden tot een elektrische schok.
4.
Let op voor schokken bij het meten van een hoge spanning.
7-3 AC-spanning meten
a. Sluit het zwarte testsnoer aan op de COM-aansluiting en het rode
testsnoer op de VΩmA-aansluiting.
b. Stel de draaischakelaar in op de gewenste V~ bereikstand.
c. Verbind de testsnoeren over de spanningsbron of belasting die moet
worden gemeten.
d. U kunt het resultaat aflezen van het lcd-scherm.
OPMERKING:
1. Als de schaal van de te meten waarde niet op voorhand is gekend, zet
u de functieschakelaar op de hoogste stand.
Wanneer enkel het cijfer „1‟ of „-1‟ wordt weergegeven, is er een
2.
overschrijding en moet er een hoger bereik worden geselecteerd.
"
3.
" betekent dat er geen spanning hoger dan 600 V mag worden
ingegeven. Het is mogelijk om een hogere spanning te tonen, maar dit
kan het interne circuit beschadigen of leiden tot een elektrische schok.
4. Let op voor schokken bij het meten van een hoge spanning.
7-4 DC-stroom meten
a. Sluit het zwarte testsnoer aan op de COM-aansluiting en het rode
testsnoer op de VΩmA-aansluiting voor een maximale stroom van 200
mA. Voor een maximale stroom van 10 A sluit u het rode testsnoer aan op
de 10 A-aansluiting.
b. Stel de draaischakelaar in op de gewenste A
c. Verbind de testsnoeren in serie met de belasting die moet worden
gemeten.
d. U kunt het resultaat aflezen van het lcd-scherm. De polariteit van de
verbinding van het rode snoer zal samen met de stroomwaarde worden
weergegeven.
OPMERKING:
1. Als de schaal van de te meten waarde niet op voorhand is gekend, zet
u de functieschakelaar op de hoogste stand.
2. Wanneer enkel het cijfer „1‟ of „-1‟ wordt weergegeven, is er een
overschrijding en moet er een hoger bereik worden geselecteerd.
3. "
" betekent dat de maximale stroom van het mA stopcontact 200 mA
is en de maximale stroom van het 10 A stopcontact 10 A is. Te hoge
stroom zal de zekering vernietigen. Aangezien 10 A niet is voorzien van
een zekering, moet de meettijd minder zijn dan 1 seconde om te
voorkomen dat de precisie wordt beïnvloed door verwarming van het
circuit.
7-5 Weerstand meten
a. Sluit het zwarte testsnoer aan op de COM-aansluiting en het rode
b. Stel de draaischakelaar in op de gewenste Ω bereikpositie.
c. Verbind de testsnoeren over de weerstand die moet worden gemeten.
d. U kunt het resultaat aflezen van het lcd-scherm.
OPMERKING:
1. Wanneer enkel het cijfer „1‟ of „-1‟ wordt weergegeven, is er een
overschrijding en moet er een hoger bereik worden geselecteerd.
2. Bij het meten van een weerstand boven 1 MΩ, heeft de meter enkele
seconden nodig om een stabiele lezing te verkrijgen.
3. Wanneer de invoer niet is aangesloten, d.w.z. bij een open circuit, zal
het cijfer „1' worden weergegeven.
4. Bij het meten van weerstanden in een schakeling, moet u ervoor
zorgen dat er geen stroom meer op het circuit staat en dat alle
condensatoren volledig zijn ontladen.
5. Als de schaal van de te meten waarde niet op voorhand is gekend, zet
bereikstand.
u de functieschakelaar op de hoogste stand.
7-6 Testen van transistoren
a. Stel de draaischakelaar in op „hFE‟-stand.
b. Controleer om welk type transistor het gaat (NPN of PNP) en lokaliseer
de snoeren van de emitter, de basis en de collector. Sluit de snoeren aan
op de juiste openingen van het hFE-stopcontact op het frontpaneel.
c. Lees de geschatte hFE-waarde en de testomstandigheden van de
basisstroom af: lb 10µA en Vce 3 V.
7-7 Testen van diodes
a. Sluit het zwarte testsnoer aan op de COM-aansluiting en het rode
testsnoer op de VΩmA-aansluiting. (de polariteit van het rode testsnoer is
„+‟)
b. Stel de draaischakelaar in op de
c. Sluit het rode testsnoer aan op de anode en het zwarte testsnoer op de
kathode van de diode die u wilt testen.
OPMERKING:
1. De meter zal de daling van de doorlaatspanning van de diode
2. Als de verbindingen van de testsnoeren zijn omgekeerd, zal enkel het
7-8 Testen van de continuïteit
a. Sluit het zwarte testsnoer aan op de COM-aansluiting en het rode
b. Stel de draaischakelaar in op
c. Verbind de testsnoeren over twee punten van het circuit dat u wilt
d. Indien er sprake is van continuïteit (d.w.z. een weerstand minder dan
ongeveer 80 Ω), zal de ingebouwde zoemer klinken.
OPMERKING:
weergegeven.
8. Onderhoud
a. Alvorens u het deksel van het batterijcompartiment verwijdert of de
behuizing opent, moet u nagaan of de testsnoeren zijn losgekoppeld om
elektrische schokken te voorkomen.
b. Om elektrische schokken te voorkomen, moet u de testsnoeren van
bereikstand.
het meetcircuit verwijderen vooraleer u de zekering vervangt. Voor
beveiliging tegen vuur, vervangt u zekeringen enkel door zekeringen met
een gespecificeerd bereik: F 200 mA/250 V zekering.
c. Als de draad van het testsnoer is blootgesteld, moet u deze vervangen
door een snoer met dezelfde specificaties als het originele snoer.
d.
schoonmaakmiddel voor de reiniging van het toestel. Gebruik geen
chemische oplossingen.
e. Gebruik de meter niet voordat de behuizing correct is gesloten en de
schroef is vastgedraaid. Bij afwijkingen moet u onmiddellijk stoppen met
het gebruik van het toestel en de meter binnenbrengen voor onderhoud.
f. Verwijder de batterij wanneer u de meter voor lange tijd niet gebruikt.
9. Toebehoren
[1] Testsnoeren: elektrisch bereik 1000 V 10 A
[2] Zekering: F 200 mA/250 V
[3] Handleiding
2
testsnoer op de VΩmA-aansluiting.
weergeven.
cijfer '1' worden weergegeven.
testsnoer op de VΩmA-aansluiting.
testen.
Als er een open circuit wordt getest, zal het cijfer „1‟ worden
Gebruik
enkel
een
vochtige
-stand.
-stand.
doek
of
een
klein
beetje

Publicidad

loading