Descargar Imprimir esta página

YATO YT-82002 Manual De Instrucciones página 65

Publicidad

Idiomas disponibles
  • MX

Idiomas disponibles

  • MEXICANO, página 50
gevolg van onjuiste werking maar een beveiliging tegen werking zonder belasting.
Oefen tijdens werk slechts zoveel druk uit als nodig is voor juiste werking van het gereedschap. Het uitoefenen van teveel druk
op het gereedschap kan leiden tot beschadiging van het gereedschap en de mechanismen van de boorhamer en verlaagt ook
het rendement.
Indien het product wordt ingezet voor het hameren van dikke oppervlakken, ga dan laag voor laag te werk. Hamer elke keer een
dunne laag.
Neem tijdens het werk regelmatig pauzes.
Aanvullende opmerkingen
Oefen tijdens het werk niet teveel druk uit op het te bewerken materiaal en maak geen heftige bewegingen, zodat het gereed-
schap en de boorhamer niet beschadigd raken. Neem tijdens het werk regelmatig pauzes. Het apparaat mag niet overbelast
raken. Zorg dat de temperatuur van het buitenoppervlak niet boven de 60
uitschakelen, de stekker uit het stopcontact trekken en het apparaat onderhouden en inspecteren.
De opgegeven totale vibratiewaarde is gemeten met behulp van een standaard testmethode en kan worden gebruikt om twee
apparaten met elkaar te vergelijken. De opgegeven totale vibratiewaarde kan worden gebruikt bij een eerste beoordeling van de
expositie.
Let op! De vibratie-emissie tijdens het werk kan afwijken van de opgegeven waarde, afhankelijk van de gebruikswijze van het
apparaat.
Let op! Bepaal veiligheidsmiddelen ter bescherming van de bediener, gebaseerd op de beoordeling van de blootstelling onder
daadwerkelijke gebruiksomstandigheden (alle onderdelen van de werkcyclus meegerekend, zoals bijv. de tijd wanneer het ap-
paraat uitgeschakeld is, wanneer het stationair draait en de activatietijd).
ONDERHOUD EN INSPECTIE
Smeren
Voorafgaand aan gebruik van boren of steenbeitels deze altijd eerst reinigen en de gereedschaphouder smeren met een dunne
laag smeer.
Olie aanvullen (V)
Het mechanisme van de boorhamer wordt gesmeerd met behulp van een oliebad. Aan de onderkant van de behuizing bevindt
zich een olie-inlaat met inspectievenster. Indien er geen olie zichtbaar is door het venster wanneer de boorhamer met het gereed-
schap naar boven gericht staat, moet de olie worden aangevuld. Het olieniveau moet ongeveer 3 mm boven de onderrand van
het inspectievenster liggen. Aanbevolen wordt motorolie met viscositeitsklasse SAE 20W-50.
Ga als volgt te werk om de olie aan te vullen: Trek de stekker van de voedingskabel uit het stopcontact. Draai de boorhamer zo
dat de olie-inlaat naar boven gericht is. Draai de stop van de inlaat met inspectievenster los. Wees voorzichtig opdat de rubberen
afdichting onder de stop niet kwijt of beschadigd raakt.
Vul de olie aan en draai de dop weer vast. Gebruk slechts zoveel kracht als nodig is om de dop lekdicht aan te draaien. Gebruik
van overmatige kracht kan de afdichting of schroefverbinding van de stop beschadigen. Controleer voorafgaand aan het werk
het olieniveau.
Vul de olie iedere 20 werkdagen aan, ervan uitgaande dat een werkdag met de boorhamer ca. 3-4 uur duurt.
LET OP! Voordat men start met het afstellen, technisch onderhoud of het uitvoeren van controles dient de stekker van het ap-
paraat uit het stopcontact te worden gehaald. Aan het einde van de werkzaamheden dient men de technische staat van het
elektrische apparaat te controleren door middel van een visuele inspectie en een beoordeling van de behuizing, het handvat,
stroomkabel, doorgankelijkheid van de ventilatiesleuven, borstels die eventuele vonken afgeven, geluidsniveau van de werking
van de lagers en tandwielen, het opstarten en uniformiteit van de werking van het apparaat. Tijdens de garantieperiode dient men
het elektrische apparaat niet te demonteren en dient men tevens geen onderdelen te vervangen aangezien dit de garantie ongel-
dig zal maken. In geval van eventuele onregelmatigheden die tijdens een controle zijn vastgesteld of tijdens de werkzaamheden
dient het apparaat ter reparatie te worden aangeboden bij een daarvoor bestemd servicepunt. Na de werkzaamheden dient men
de behuizing, ventilatieopeningen, schakelaars, extra handvaten en behuizing schoon te maken door middel van bv. luchtdruk
(met een druk van max. 0,3 MPa), of door middel van een borstel/ kwast of droge doek zonder gebruik van chemicaliën en reini-
gingsvloeistoff en. Aanvullende onderdelen en de handvaten schoonmaken met een droge, schone doek.
O O R S P R O N K E L I J K E
NL
O
C komt Na voltooiing van het werk de boorhamer
I N S T R U C T I E S
65

Publicidad

loading