De koudste zone
Het symbool
geeft de koudste zone van uw koelkast aan, waar de temperatuur lager is
•
dan of gelijk is aan 4°C. Deze bevindt zich in het koelcompartiment (zoals aangegeven op het
schema op pagina 10).
De legplanken kunnen worden verwijderd. Let er steeds op dat de legplank die de koude zone
•
afbakent, zich ter hoogte van de sticker
garanderen.
Temperatuurindicator
Voor een goede bewaring van de voedingsmiddelen in uw koelkast, met name in de koudste
•
zone, dient de melding "OK" weergegeven te worden op de temperatuurindicator. Indien de mel-
ding "OK" niet weergegeven wordt, is de gemiddelde temperatuur van die zone te hoog. Wijzig
de instelling van de temperatuur van de koelkast naar een hogere stand.
Bij elke wijziging van de instelling van de thermostaat, wacht u tot de temperatuur aan de
•
binnenkant van het toestel zich gestabiliseerd heeft alvorens, indien noodzakelijk over te gaan tot
een nieuwe instelling. Stel de temperatuur trapsgewijs opnieuw in en wacht minstens 12 uur voor
u de temperatuur opnieuw controleert en eventueel wijzigt.
Nadat u het toestel heeft gevuld met verse voedingswaren of nadat de deur herhaaldelijk
•
werd geopend (of lange tijd open stond), is het normaal dat de melding "OK" niet op de
temperatuurindicator verschijnt; Wacht minstens 12 uur voor u de temperatuur eventueel aanpast.
Tips om energie te besparen
Wacht tot bereide voedingsmiddelen volledig afgekoeld zijn voor u ze in het toestel plaatst
•
(bijvoorbeeld soep). Plaats geen warme voeding in uw toestel.
Plaats de voeding op verschillende plaatsen om toe te laten dat de lucht kan circuleren.
•
Vergewis u ervan dat de voeding de wanden niet raakt en in het bijzonder de achterwand van
•
het toestel.
Open de deur niet in geval van stroompanne.
•
Beperk het aantal keren dat de deur wordt geopend.
•
Vermijd om de deur te lang open te laten staan aangezien de warme lucht in de koelkast zal
•
komen en de koude lucht uit de binnenkant zal ontsnappen, wat aanleiding zal geven tot
energieverspilling.
Vergewis u ervan dat er geen hindernis is die verhindert dat de deur correct kan sluiten.
•
Stel de temperatuur niet in op een temperatuur die kouder is dan nodig.
•
Onjuiste instelling
bevindt om de temperatuur in deze zone te kunnen
Correcte instelling
83