6
Manutenzione
I
OSSERVARE: Effettuare interventi periodici di manutenzione,
per conservare il trattore nelle migliori condizioni di esercizio.
PERICOLO:
Prima di ogni intervento di manutenzione,
riparazione o ispezione, staccare sempre la candela per
evitare messe in moto accidentali.
Prima di ogni impiego:
•
Controllare l'olio e lubrificare se necessario i punti di
articolazione.
•
Controllare che tutti i dadi, i bulloni, le viti e i perni siano
posto.
•
Controllare i poli e i punti di sfiato della batteria.
•
Se necessario ricaricare lentamento a sei amperes.
•
Pulire schermo aria.
•
Tenere il trattore pulito per evitare surriscaldamento
del motore e danni conseguenti.
•
Controllare il funzionamento del freno.
Onderhoud
NL
OPMERKING: Om uw tractor in goede conditie te houden,
moeten er regelmatig onderhoudsbeurten uitgevoerd worden.
WAARSCHUWING: Schakel altijd eerst de bougieleiding uit
voor u herstellingen, inspecties of onderhoud uitvoert. Dit om
te voorkomen dat de machine per ongeluk start.
Voor elk gebruik:
•
Controleer het oliepeil en smeer de draaipuntenindien
nodig.
•
Controleer of alle bouten, moeren en splitpennen ophun
plaats zitten en goed vast zitten.
•
Controleer de accupolen en ontluchtingsopeningen.
•
Laad voorzichtig op bij 6 ampere indien nodig.
•
Maak het luchtscherm schoon.
•
Zorg dat er geen vuil en kaf op en in de tractor zit, zodat
de motor niet beschadigd of oververhit raakt.
48