Installatie
Voorzorgsmaatregelen
voor installatie
LET OP
• Monteer dit product nooit op plaatsen
waar, of op een manier waardoor:
– De bestuurder of de passagiers letsel
kunnen oplopen als het voertuig
plotseling stopt.
– Kan het veilig besturen van het voertuig
belemmeren, zoals op de vloer aan de
voorkant van de bestuurdersstoel, of
dicht bij het stuurwiel of de
versnellingspook.
• Zorg dat zich niets achter de gaten
bevindt die u in het dashboard of
panelen boort. Pas op dat u geen
brandstofleidingen, remleidingen,
elektronische onderdelen,
communicatiedraden of stroomkabels
beschadigt.
• Laat de eventuele schroeven die u
gebruikt niet in contact komen met
elektrische bedrading. Trillingen kunnen
de draden of de draadisolatie
beschadigen, wat tot kortsluiting of
andere schade aan het voertuig kan
leiden.
• Zorg dat u voor een goede installatie de
meegeleverde onderdelen op de juiste
manier gebruikt. Als bepaalde
onderdelen niet standaard bij dit product
worden meegeleverd, gebruik dan
uitsluitend compatibele onderdelen op
de gespecificeerde manier nadat u
compatibiliteit ervan bij uw dealer
gecontroleerd heeft. Als u onderdelen
gebruikt die niet zijn meegeleverd en niet
compatibel zijn, dan kunnen ze de
onderdelen aan de binnenkant van dit
product beschadigen of de werking van
het product uitschakelen.
• Het is extreem gevaarlijk om de kabels
om het stuurwiel of de versnellingspook
te wikkelen. Zorg dat dit product, de
kabels en de bedrading ervan zodanig
worden gemonteerd en weggewerkt dat
het geen belemmering vormt voor het
veilig besturen van het voertuig.
• Zorg dat de bedrading niet tussen een
deur en de carrosserie of een
schuifmechanisme van een stoel bekneld
kan raken, wat tot kortsluiting kan leiden.
• Controleer of u na het inbouwen van dit
product aan al deze voorwaarden
voldoet en het product goed heeft
ingebouwd.
• Monteer dit product niet waar
(i) het zicht van de bestuurder
belemmerd wordt,
(ii) de functie van een van de
bedieningsonderdelen of
veiligheidsmaatregelen belemmerd
wordt, waaronder airbags, de knoppen
voor gevarenverlichting, of
(iii) het de mogelijkheid van de
bestuurder belemmert om het voertuig
veilig te besturen.
• Monteer dit product tussen de stoel van
de chauffeur en de passagiersstoel
daarnaast zodat het bij plotseling
remmen niet door de chauffeur of de
passagier geraakt wordt.
• Monteer dit product nooit vóór of naast
de locatie in het dashboard, de deur, of
de stijl van waaruit de airbag geactiveerd
kan worden. Raadpleeg de handleiding
van uw voertuig ter referentie voor de
locaties waar de airbags zich aan de
voorkant bevinden.
• Het niet treffen van deze
voorzorgsmaatregelen kan leiden tot
ernstig letsel of de dood.
Voorkomen van
elektromagnetische
storing
Om storingen te voorkomen, dient u de
volgende voorwerpen zo ver mogelijk van
dit product, andere kabels of bedrading te
plaatsen:
• FM, MW/LW antenne met bedrading
• DAB antenne met bedrading
• GPS antenne met bedrading
Bovendien moet u elke antennedraad zo
ver mogelijk uit de buurt van andere
antennedraden geleiden. U mag ze in ieder
geval niet bij elkaar binden, langs elkaar
leggen of geleiden, of ze kruizen.
Elektromagnetische storing vergroot de
kans op fouten in het weergeven van de
juiste locatie van het voertuig.
Vóór installatie
• Raadpleeg uw dichtstbijzijnde dealer als
voor de installatie boorgaten in of andere
wijzigingen aan uw voertuig nodig zijn.
• Sluit, voordat u dit product in de
definitieve opstelling aansluit, de draden
tijdelijk aan om te controleren of alle
aansluitingen goed zijn en het systeem
goed functioneert.
Opmerkingen voor de
installatie
• Monteer dit product niet op locaties die
blootstaan aan hoge temperaturen of
hoge luchtvochtigheid, zoals:
– Locaties in de buurt van een
verwarming, ventilator of
airconditioner.
– Locaties die blootgesteld worden aan
direct zonlicht, zoals boven op het
dashboard.
– Locaties die blootgesteld worden aan
regen, zoals dicht bij het portier of op
de vloer van het voertuig.
• Bouw dit product in op een locatie die
sterk genoeg is voor het gewicht van dit
product. Kies een locatie waar dit product
goed en stevig kan worden gemonteerd.
Als dit product niet goed en stevig
gemonteerd wordt, kan dit afwijkingen in
de juiste beeldweergave van de locatie
van het voertuig leiden.
• Monteer dit product horizontaal op een
oppervlak met een tolerantie van 0 tot 30
graden (binnen 5 graden naar links of
naar rechts). Als het product niet goed
gemonteerd wordt waarbij het oppervlak
meer gekanteld is dan de
tolerantiewaarde, dan neemt de kans op
fouten in de beeldweergave in het
voertuig toe en kan anderzijds een
slechte beeldweergave veroorzaken.
• Om verzekerd te zijn van voldoende
ventilatie bij gebruik van dit product,
dient u er bij de installatie voor te zorgen
dat u achter het achterpaneel voldoende
ruimte vrij laat, en dient u eventuele losse
kabels vast te binden zodat deze de
ventilatie-openingen niet kunnen
blokkeren.
9
Nl