7.5
Grasopvangmand leeg maken
Afb. C.
Als het vulniveauvenster (17) sluit, is de
grasopvangmand (6) vol.
Controleer regelmatig het vulstandvenster en de
grasopvangmand (6) tijdig leeg maken.
1. Gereedschap stoppen.
2. Veiligheidssleutel (20) verwijderen.
3. Accupacks (21) verwijderen.
4. Uitworpklep aan de achterkant (7) naar boven
klappen en vasthouden.
5. Grasopvangmand (6) aan zijn greep vasthouden
en de haken los haken.
6. Uitworpklep aan de achterkant (7) sluiten.
7. Grasopvangmand (6) leeg maken.
8. Reinigen, opbergen
WAARSCHUWING! Veiligheidssleutel (20)
verwijderen en de accupacks (21)
verwijderen. Ongewenst starten kan ernstig letsel
veroorzaken. Het mes moet stil staan.
WAARSCHUWING! onvoldoende onderhoud,
het gebruik van ongeschikte
reserveonderdelen of het verwijderen of
veranderen van veiligheidscomponenten kan ernsti
gevaar en letsel tot gevolg hebben.
8.1
Reinigen
• De bodem van het maaimechanisme na elk
gebruik reinigen: verwijder grasresten, bladeren,
verontreinigingen en andere afzettingen.
8.2
Opbergen
• De machine voor het opbergen laten afkoelen en
reinigen.
• Controleer dat de machine geen losse of
beschadigde onderdelen bezit.
Indien noodzakelijk:
- Draai de schroeven vast.
- Laat de machine repareren.
• Machine op een droge plek bewaren.
• Zorg ervoor dat kinderen niet in de buurt van de
machine kunnen komen.
• Voor het ruimtebesparend opbergen kan de
greep (4) worden ingeklapt. Zie afb. G. voor het
inklappen van de hendel (13) de snelspanner
(14) openen en indien nodig de snelspanner (14)
tegen de klok in draaien. De uiteinden van de
greepstangen (5) een beetje uit elkaar trekken en
naar voren klappen. De vleugelmoeren (16) los
maken en de greep (4) naar achteren klappen.
9. Onderhoud
WAARSCHUWING! Veiligheidssleutel (20)
verwijderen en de accupacks (21)
verwijderen. Ongewenst starten kan ernstig letsel
veroorzaken. Het mes moet stil staan.
WAARSCHUWING! Houd de motor en het
accupack vrij van gras, bladeren of vet.
VOORZICHTIG! Gebruik geen sterke
oplosmiddelen of reinigingsmiddelen op de
kunststof behuizing of de componenten.
9.1
Algemeen onderhoud
• Controleer de machine voor elk gebruik op
beschadigde, ontbrekende of losse onderdelen
zoals schroeven, moeren, bouten en doppen.
• Draai alle bevestigingen en doppen goed vast.
• Reinig de machine met een droge doek. Gebruik
geen water
• Voer nooit servicewerkzaamheden aan
beschadigde accu's uit. Al het onderhoud aan
accu's dient door de fabrikant of diens
gemachtigde klantenservice te worden
uitgevoerd.
9.2
Mes vervangen
WAARSCHUWING! Veiligheidssleutel (20)
verwijderen en de accupacks (21)
verwijderen. Ongewenst starten kan ernstig letsel
veroorzaken. Het mes moet stil staan.
WAARSCHUWING! Gebruik uitsluitend
toegestane messen. Zie het hoofdstuk
Toebehoren.
WAARSCHUWING! Draag duurzame
veiligheidshandschoenen en een
veiligheidsbril. Pas op voor de scherpe messen.
Afb. H.
1. Gereedschap stoppen.
2. Veiligheidssleutel (20) verwijderen.
3. Accupacks (21) verwijderen.
4. Controleer dat het mes (26) tot stilstand is
gekomen.
5. Plaats de machine op de zijkant.
6. Een stabiel stuk hout (5 cm x 5 cm x 60 cm), zo
plaatsen dat de beweging van het mes wordt
voorkomen.
7. Bevestigingsschroef (24) (tegen de klok in) met
een steeksleutel (SW 14) eraf draaien.
Bevestigingsschroef (24) en sluitring (25)
verwijderen.
8. Versleten mes (26) verwijderen.
9. Nieuw mes (26) plaatsen: let erop dat de halve
cirkelvormige gaten in het mes (27) in
overeenstemming met de halve cirkels op het
gereedschap (27) brengen.
10.Een stabiel stuk hout (5 cm x 5 cm x 60 cm), zo
plaatsen dat de beweging van het mes wordt
voorkomen.
11.Sluitring (25) en bevestigingsschroef (24)
plaatsen en met een steeksleutel (SW 14) (met
de klok mee) vast draaien.
9.3
Smeren
Smeren is niet nodig.
WAARSCHUWING! Smeer in geen geval de
componenten van de wielen. Het smeren kan
schade tijdens het gebruik veroorzaken.
NEDERLANDS nl
33