krijgen en het ongevalsrisico is erg groot. Zie instructies in
het hoofdstuk Hanteren van een mislukte poging. (76)
BELANGRIJK! Op kritieke velmomenten moeten de
gehoorbeschermers direct na het voltooien van de
motorzaagwerkzaamheden opgeklapt worden, zodat u
geluiden en waarschuwingssignalen kunt opmerken.
Onderste gedeelte van de stam snoeien en vluchtweg
Haal altijd tot schouderhoogte de takken van de stam. Het
is het veiligst van onder naar boven te werken en de stam
tussen u en de motorkettingzaag te houden. (77)
Verwijder de vegetatie rond de boom en controleer of er
eventuele hindernissen (stenen, takken, kuilen enz.) zijn
zodat u gemakkelijk weg kunt komen wanneer de boom
begint te vallen. De vluchtweg moet in een hoek van circa
135° (schuin achterwaarts) tegenover de geplande
valrichting liggen. (78)
1
Risicozone
2
Vluchtweg
3
Velrichting
Vellen
WAARSCHUWING! We raden involdoende
!
gekwalificeerde gebruikers ten sterkste af
bomen te vellen met een zaagbladlengte
die kleiner is dan de stamdiameter!
Het vellen gebeurt met drie zaagsneden. Eerst maakt men
een inkeping die bestaat uit een bovenste inkeping en een
onderste inkeping, en daarna wordt het vellen beëindigd
met een zaagsnede. Door de inkepingen en de
motorzaagsnede op de juiste plaats aan te brengen, kan
men de valrichting erg nauwkeurig sturen.
Inkeping
Bij het aanbrengen van de inkeping begint men met de
bovenste inkeping. Kijk langs de velrichtpunten (1) op de
zaag naar een doel verderop in het terrein, waar u wilt dat
de boom neervalt (2). Sta aan de rechterkant van de boom,
achter de zaag, en zaag met trekkende ketting.
Breng daarna de onderste inkeping aan zodat die eindigt
waar de bovenste inkeping eindigt. (79)
De inkepingsdiepte moet 1/4 van de stamdiameter
bedragen en de hoek tussen de bovenste en de onderste
inkeping ten minste 45°.
De beide inkepingen ontmoeten elkaar op de inkepinglijn.
De inkepinglijn moet volkomen horizontaal liggen en
tegelijkertijd een rechte hoek (90°) vormen met de gekozen
valrichting. (80)
Zaagsnede
De motorzaagsnede wordt aangebracht vanaf de andere
kant van de boom en moet volkomen horizontaal liggen.
Sta links van de boom en zaag met trekkende ketting.
Breng de motorzaagsnede ca. 3-5 cm (1,5-2") boven de
horizontale lijn van de inkeping aan. (81)
Steek de schorssteun (indien deze gemonteerd is) achter
het scharnierstuk. Zaag met vol gas en duw de ketting/het
zaagblad langzaam in de boom. Let op of de boom niet in
1155356-38 Rev.4 2018-09-26
ARBEIDSTECHNIEK
een richting beweegt die tegenovergesteld is aan de
gekozen valrichting. Breng zodra de snijdiepte dit toelaat,
een velwig of een breekijzer aan in de motorzaagsnede.
De motorzaagsnede moet parallel met de inkepinglijn
beëindigd worden zodat de afstand tussen beiden
tenminste 1/10 van de stamdiameter bedraagt. Het niet
doorgezaagde gedeelte wordt scharnierstuk genoemd.
Het scharnierstuk doet dienst als scharnier en stuurt de
richting van de vallende boom. (82)
Als het scharnierstuk te klein is of doorgezaagd is of als de
inkeping of de motorzaagsnede verkeerd geplaatst zijn,
kan men alle controle over de valrichting van de boom
verliezen. (83)
Wanneer de motorzaagsnede en de inkeping klaar zijn,
moet de boom uit zichzelf beginnen te vallen of met behulp
van de velwig of het breekijzer. (84)
We raden aan een zaagbladlengte te gebruiken die groter
is dan de stamdiameter van de boom, zodat de zaagsnede
en de inkeping aangebracht kunnen worden met een
zogenaamde "enkelvoudige snede". Zie de instructies in
het hoofdstuk Technische gegevens welke
zaagbladlengtes wij aanbevelen voor uw
motorkettingzaag.
Er zijn methodes om bomen te vellen met een
stamdiameter die groter is dan de zaagbladlengte. Bij deze
methodes is het risico dat de terugslagrisico-sector van het
zaagblad in contact komt met een voorwerp erg groot. (4)
Hanteren van een mislukte poging
"Vastgeraakte boom" omlaag halen
Het is erg gevaarlijk om zoín vastgeraakte boom op de
grond te krijgen en het ongevalsrisico is erg groot.
Probeer de boom die ergens opgevallen is nooit naar
beneden te zagen.
Werk nooit binnen het risicogebied van bomen die vast
hangen in een andere boom. (85)
De veiligste methode is een takel gebruiken.
•
•
Bomen en takken zagen die onder spanning staan
Voorbereidingen: Beoordeel in welke richting de bomen/
takken gespannen zijn en waar het breekpunt (d.w.z. het
punt waar de boom/tak zou breken als hij nog meer
gespannen zou worden) zich bevindt. (86)
Beoordeel hoe u de spanning het best kunt wegnemen en
of u dit zelf kunt. In extra gecompliceerde situaties is de
enige veilige methode geen motorkettingzaag te gebruiken
en een takel te gebruiken.
In het algemeen geldt:
Sta zo dat u niet het risico loopt geraakt te worden door de
boom/tak wanneer de spanning wordt weggenomen. (87)
Maak één of meerdere sneden op of in de buurt van het
breekpunt. Zaag zo diep en breng zoveel sneden aan als
nodig is om de spanning in de boom/tak voldoende weg te
nemen zodat de boom/tak "afbreekt" bij het breekpunt. (88)
Gemonteerd op een trekker
Draagbaar
–
Dutch
209