4
Kenmerken
- Geschikt voor alle gangbare wisselspanningen en voorzien van
cos phi correctie.
- Geschikt voor loodzuur, gel en AGM accu's.
- Ondersteuning afstandsbediening BCRP als optionele accessoire.
- Spanning / temperatuur compensatie met optionele tempera-
tuursensor.
- 2 fasen ventilatorsnelheid (slaapstand).
- Uitgangsvermogen OK signaal.
- Uitgang alarmsignaal.
- Hoog rendement en hoge betrouwbaarheid.
- Geïntegreerde accu-redding functie.
- Voorzien van Extra Start Accu (ESB) uitgang functie
- Bescherming tegen kortsluiting / te hoge spanning / te hoge tem-
peratuur / netspanningsdip (Brown-out).
- Weerstaat 2G triltest.
De VETUS acculader heeft een laadkarakteristiek zoals die is afge-
beeld in 14.1 pag. 36.
4 .1
Toelichting op de laadkarakteristiek
1 Bulk Fase (CC, Constant Current)
Aan het begin van het laadproces wordt de lege accu opgeladen met
een constante stroom (maximum laadstroom) totdat de accuspan-
ning de ingestelde laadspanning (Zie 14.3 S1-Instellingen) heeft be-
reikt.
2 Absorptie Fase(CV, Constant Voltage)
De tijdsduur van het absorptie laden is afhankelijk is van de toestand
van de accu.
De lader wacht 2 minuten alvorens naar de absorptie fase te gaan,
daarna wordt met constante spanning geladen tot de accu volledig
is opgeladen.
Zodra de batterij volledig is opgeladen of de laadstroom, gedurende
15 minuten, lager is dan 6,25% van de nominale laadstroom wordt de
absorptie fase beëindigd.
3 Float Fase
Na de absorptie fase, schakelt de acculader over naar de float fase,
waarbij de accu 100% lading behoudt zonder te worden overladen
of te worden beschadigd. Daarom kan de lader continu verbonden
blijven met de accu.
4 Re-conditionering Fase
Elke 12 dagen, schakelt de acculader, gedurende 85 minuten, terug
naar Bulk Fase om de accu nieuw leven in te blazen. Dit voorkomt
vermoeidheidsverschijnselen zoals sulfatering.
6
090141.01
5
Installatie
5 .1
Opstellen
Kies een droge plaats op geruime afstand van een warmtebron.
Hoge temperaturen kunnen het vermogen van het apparaat nega-
tief beïnvloeden.
Dek daarom de ventilatieopeningen nooit af en houdt rondom de
acculader een vrije ruimte van tenminste 10 cm.
Plaats de acculader niet te ver van de accu om het spanningsverlies
over de (12 Volt resp. 24 Volt) aansluitdraden zoveel mogelijk te be-
perken. Beter is het dus om de 230 Volt leiding indien nodig lang te
maken.
Plaats de acculader ook niet pal boven de accu; zwavelhoudende ac-
cudampen kunnen schade aan de elektronische onderdelen veroor-
zaken.
Het apparaat voldoet aan de beschermingsgraad IP 20.
Monteer de acculader in verticale positie met de aansluitingen naar
onder tegen een wand, zie ook '15 Hoofdafmetingen' .
Boor geen extra bevestigingsgaten in de metalen behuizing!
De aanwezigheid van kleine metaaldeeltjes in de acculader kan
onherstelbare schade veroorzaken .
5 .2
Accu-aansluitingen
Neem eerst de netaansluiting los alvorens de accu's aan te sluiten of
los te nemen.
De accuspanning moet overeenstemmen met de gegevens vermeld
op de acculader!
Raadpleeg de '13 Elektrische schema's' hoe de acculader op de accu's
aan te sluiten.
Pas kabels van voldoende dikte toe en gebruik kabelschoenen, zie
'10 Draadkeuzetabel' voor de juiste draaddoorsnede.
Om aan de CE richtlijnen te voldoen verdient het aanbeveling om
korte afgeschermde of getwiste accukabels te gebruiken.
Grote stromen door te dunne draden of overgangsweerstanden ver-
oorzaakt door slechte verbindingen kunnen er toe leiden dat draden
of (stekker)verbindingen zeer heet worden en brand kunnen veroor-
zaken.
Let bij het aansluiten van de lader op de accu op de juiste polariteit!
vetus® Battery chargers BC12151, BC12252, BC12352, BC12503, BC12803, BC24122, BC24253, BC24403
W
aarschuWinG
L
et op
W
aarschuWinG
L
et op
t
ip
W
aarschuWinG
L
et op