B. Vermijd het maaien van nat gras.
C. Zorg er altijd voor dat uw voeten stevig op de helling staan.
NS. Kom op, ren nooit.
e. Maai dwars over de helling, nooit de helling op of af.
F. Wees uiterst voorzichtig bij het veranderen van richting op een helling.
G. Maai niet op extreem glooiende hellingen.
H. Let vooral goed op wanneer u achteruit rijdt of de apparatuur naar u toe
trekt.
l. Schakel de aandrijving naar het (de) maaielement(en) uit als het apparaat
moet worden gekanteld wanneer het over niet-grasachtige oppervlakken
wordt verplaatst en wanneer het van en naar het maaigebied wordt
getransporteerd.
J. Gebruik het apparaat niet met beschadigde deksels of behuizingen en
zonder een veiligheidsvoorziening zoals bevestigde deksels en/of
grasvangers.
k. Start de motor voorzichtig volgens de instructies en zorg ervoor dat uw
voeten uit de buurt van het/de snij-element(en) zijn.
ik. Kantel de machine niet wanneer u de motor start, behalve waar deze
moet worden gekanteld om te starten. Kantel in dit geval niet meer dan
nodig is en til alleen het deel op dat zich van de bediener af bevindt.
m. Start de machine niet terwijl u voor de uitwerpopening staat.
N. Houd uw handen en voeten uit de buurt van draaiende onderdelen. Zorg
ervoor dat de afvoeropening niet altijd verstopt is.
O. Draag het elektrisch gereedschap niet met draaiende motor.
P. Stop de machine en trek de stekker uit het stopcontact. Zorg ervoor dat
alle bewegende delen niet bewegen
- elke keer dat u wegloopt van het apparaat,
- voordat u de uitlaat reinigt of doordrukt,
- voordat u het apparaat controleert, reinigt of repareert,
- na geraakt te zijn door een vreemd voorwerp. Controleer of het apparaat
niet is beschadigd en repareer het indien nodig voordat u het apparaat
opnieuw start en in gebruik neemt, als het apparaat overmatig begint te
trillen (onmiddellijk controleren)
- controleer op schade,
- vervang of repareer een beschadigd onderdeel,
- controleer en draai eventuele losse onderdelen vast.
4. Onderhoud en opslag
A. Onderhoud alle moeren, bouten en schroeven om ervoor te zorgen dat
het apparaat veilig werkt.
B. Controleer de grasopvangbak regelmatig op slijtage of beschadiging.
C. Wees voorzichtig bij werktuigen met meerdere messen, aangezien de
rotatie van één snijelement ertoe kan leiden dat de andere messen gaan
draaien.
NS. Wees voorzichtig bij het afstellen van de machine om te voorkomen dat
uw vingers klem komen te zitten tussen de bewegende messen en de vaste
delen van de machine.
e. Laat de machine altijd afkoelen voordat u hem opnieuw start.
F. Wees voorzichtig bij het hanteren van de messen, ook al is de aandrijving
uitgeschakeld, aangezien de messen nog kunnen draaien.
G. Vervang versleten of beschadigde onderdelen voor de veiligheid.
Gebruik alleen originele reserveonderdelen en accessoires.
5. Aanbevelingen voor Klasse II-apparaten
Het apparaat moet worden gevoed door een aardlekschakelaar (RCD) met
een uitschakelstroom van maximaal 30 mA.
Verklaring van de gebruikte pictogrammen
WAARSCHUWING Lees de gebruikershandleiding
1. Houd omstanders op voldoende afstand
2. Wees voorzichtig met de scherpe randen van de messen. De messen
draaien als de motor is uitgeschakeld - Trek de stekker uit het stopcontact
voor onderhoud of wanneer het netsnoer beschadigd is
3. Houd het netsnoer uit de buurt van het snijelement
4. Beschermingsklasse IPX4
5. Tweede klasse van bescherming
6.
Gebruik
persoonlijke
gehoorbescherming)
7. Gebruik beschermende kleding
8. Houd kinderen uit de buurt van het gereedschap
9. Bescherm het apparaat tegen vocht
10. Recycling
11. De maximale helling waarop u kunt werken
CONSTRUCTIE EN TOEPASSING
beschermingsmiddelen
(veiligheidsbril,
De elektrische maaier is een apparaat met klasse II isolatie. Het wordt
aangedreven door een enkelfasige wisselstroomcommutatormotor. De
maaier is ontworpen voor het maaien van gazons in de moestuin. Gebruik
alleen accessoires die geschikt zijn voor dit apparaat en volg de instructies
in de handleiding. Het gras moet in gelijkmatige stroken worden gemaaid.
De maaier kan worden geduwd of getrokken. De maaier is uitsluitend
bedoeld voor amateurgebruik.
Het is niet toegestaan het apparaat in strijd met het beoogde gebruik
te gebruiken.
BESCHRIJVING VAN DE GRAFISCHE ZIJDEN
De onderstaande nummering verwijst naar de componenten van het
apparaat die op de grafische pagina's van deze handleiding worden
weergegeven.
1.
Schakelhendel
2.
Veiligheidsknop
3.
Elektrische draadhouder
4.
Knop voor het bevestigen van de geleider
5.
Grasafvoerbescherming
6.
Transporthandvat voor de maaier
7.
Wieldop
8.
Cirkel
9.
Grasopvangbak
10. Onderste geleider
11. Bovenste geleidehandgreep
12. Elektrische draadklemmen
13. Indicator grasopvangbak vol
14. Kabel en stekker
* Er kunnen verschillen zijn tussen de tekening en het product.
BESCHRIJVING VAN DE GEBRUIKTE GRAFISCHE TEKENS
AANDACHT
WAARSCHUWING
UITRUSTING EN ACCESSOIRES fig A
1.
Lichaamsmaaier
2.
Onderste geleider - rechts
3.
Onderste geleider - links
4.
Grasopvangbak, onderste deel
5.
Grasopvangbak, bovendeel
6.
Schroeven - 2 st.
7.
Schroeven - 2 st.
8.
Ringen - 4 st.
9.
Netsnoer clips - 2 st.
10. Clips voor het vastzetten van de wielen - 4 st.
11. Handvat van de grasopvangbak
12. Wieldoppen van racewielen - 4 st.
13. Racewielen - 4 st.
14. Verlengsnoerhouder - 1 st.
15. Knoppen voor het monteren van de onderste en bovenste geleider - 4
st.
VOORBEREIDING OP HET WERK
De wielen monteren
• Plaats de wielen op de as fig. B1 en zet ze vast met de meegeleverde
clips fig. B2.
• Plaats de wieldop en druk deze naar beneden totdat u een klik hoort, dan
zijn de wieldoppen gemonteerd fig B3
Installatie van de onderste geleider
• Plaats de schroeven (A) in de gaten (B) in de behuizing fig C1
• Plaats de houderplaat van de onderste geleiding Fig. C2 op de
geïnstalleerde schroeven en draai deze vast met de vergrendelingsknop
Fig. C2.
Opmerking: de gaten op de linker en rechter houderplaten zijn
verschillend, zorg ervoor dat u ze correct installeert!
Zorg ervoor dat de markering (C) op de handgreepplaat is uitgelijnd met
een van de drie plaatsen (D) op het maailichaam Afb. C3
Let op: De exacte positie van de marker is afhankelijk van de lengte
en het comfort van de gebruiker.
69