INSTALLATIE VAN DE KOELMIDDELLEIDINGEN
13.2 AANSLUITING VAN LEIDINGEN
13.2.1 Positie van de leidingsaansluiting
De leidingen worden binnen in de binnenunit aangesloten. De
leidingen kunnen in 3 richtingen worden aangesloten: langs
achteren, langs links of langs boven. Voor een aansluiting langs
achteren of langs boven, is het kapje bevestigd op het uitdrijfgat
voor de koudemiddelleiding en aftapleiding. Snijd het uitdrijfgat
voor de leidingen uit, steek de leiding door het kapje en bevestig
het kapje opnieuw.
Positie en afmetingen van gaten
Plafond
Muur
?
O P M E R K I N G
Wanneer het optionele aftapmechanisme wordt gebruikt, raadpleeg dan
de installatiehandleiding ervan.
Positie van de leidingsaansluiting
Bovenkant
Rechterkant
Als de vloeistofleiding in aanraking komt met het paneel, kan het
stromen van het koudemiddel hoorbaar zijn. Bevestig de aanwezige
vloeistofleiding met behulp van de ophangriem.
228
PMML0551 rev.4 - 07/2023 - A10762310A
Vooraanzicht
Rechterkant van
binnenunit
Onderaanzicht
Voorkant
Rechterkant van
binnenunit
Kapje (achterkant)
Gasleiding
Ophangriem
Vloeistofleiding
Achterkant
Afvoerleiding
Vooraanzicht
Aansluiting aftapleiding
(VP20, linkerkant)
Rechteraanzicht
205 (gasleiding)
190 (vloeistofleiding)
138 (aftapleiding)
Leidingen langs achterkant
Vooraanzicht
Bovenkant
Aansluiting aftapleiding
(VP20, linkerkant)
Leidingen langs rechterkant
Gat voor aansluiting aftapleiding
(uitdrijfgat)
Leidingen langs bovenkant
Kapje (bovenkant)
Achterkant van
binnenunit
Kapje (achterkant)
146 (vloeistofleiding)
94 (gasleiding)
147 (aftapleiding)
Aansluiting aftapleiding
(VP20, rechterkant)
Kapje (achterkant)
Rechteraanzicht
Onderaanzicht