verwijderd. Schakel hiervoor het apparaat uit en
KOPPEL HET LOS VAN DE STROOMBRON.
De vergrendelingsknop van de buitenzaagbladkap
heeft een bajonetschroefdraad.
Zie Afb. 8. Om de afdekking te verwijderen, moet
u de knop tegen de wijzers van de klok in draaien
en daarbij tegelijkertijd tegen de veerspanning
naar binnen drukken. Verwijder vervolgens de kap.
Pas gevormde spaanders kunnen nog zeer heet
zijn. Wees voorzichtig bij het verwijderen van de
kap, zodat noch spaanders noch metaalafval in
contact komt met handen of andere lichaamsdelen.
Hete metaaldeeltjes mogen niet dicht bij papier
of ontvlambare stoffen worden opgeruimd. Om
de buitenafdekkap van het zaagblad opnieuw te
gebruiken, brengt u de tap voor de opening en
tegen de veerspanning, terwijl u bij gelijktijdig
draaien met de wijzers van de klok mee naar binnen
drukt. Controleer of de kap correct zit.
12.10.
GEBRUIK VAN DE PARALLE-
LAANSLAG
Het gebruik van de parallelaanslag maakt bij rechte
sneden een grotere precisie mogelijk dan met de
hand. Koppel vóór de montage het apparaat los
van de stroombron en breng de parallelaanslag
vervolgens in de montageopeningen op het
apparaat aan. Zie Afb. 9.
Stel de gewenste snijdbreedte aan de geleiders in
en haal de twee vleugelschroeven voor de vergren-
deling aan.
12.11.
ONDERSTE INTREKBARE
ZAAGBLADBESCHERMINGINRICHTING
De
onderste
intrekbare
richting is een voor uw bescherming noodzakelijke
veiligheidsinrichting. Bij ieder gebruik van de zaag
moet worden verzekerd dat de veiligheidsinrichting
vrij draait en daarbij snel en volledig in de gesloten
toestand kan terugkeren. Spaanders of metaalafval
die/ dat zich in de onmiddellijke omgeving van de
veiligheidsinrichting bevinden/ bevindt, moeten/
moet vóór ieder gebruik van het apparaat worden
opgeruimd. DEZE ZONE MAG NIET WORDEN
INGEVET. Het oppervlak van de naaf werd met een
droogsmeermiddel behandeld, dat olie overbodig
maakt.
De
zaagbladbescherminrichting
NOOIT In geopende positie worden geblokkeerd
of in stukken verdeeld. Gebruik de zaag NOOIT,
indien de zaagbladbescherminrichting niet goed
functioneert. Als de beweging van de zaagblad-
bescherminrichting traag is of vastzit, moet
zaagbladbeschermin-
mag
HAND DRY CUTTER 8230N | 8200
de zaag in de het dichtbijgelegen CONTRACTSER-
VICECENTER worden gerepareerd.
12.12.
GEBRUIK VAN HET APPARAAT
Let op: Gebruik om het risico van verwondingen te
verminderen, uitsluitend originele zaagbladen van
Tanitec, die voor dit gereedschap zijn bestemd.
Gebruik geen zaagbladen van een andere soort.
Een effectieve controle van deze zaag met groot
vermogen wordt alleen gegarandeerd
de zaag met twee handen te bedienen. Houd
de zijhandgreep altijd met de linkerhand en de
achterste handreep met de rechterhand vast, zodat
de zaag een juiste geleiding door de handen heeft.
De onderkant van de zaag wordt op het werkstuk
geplaatst, zonder dat het zaagblad dit raakt. Breng
de snijlijn in een rechte lijn. Het vereiste toerental
van het blad moet worden bereikt, voordat met het
zagen begonnen kan worden. Tijdens het gebruik
van het apparaat is het dragen van een veilighe-
idsbril, stofmasker evenals gehoorbescherming
verplicht.
Het zaagblad mag niet samen met snijvloeistof of
smeermiddelen op het zaagblad worden gebruikt.
12.13.
BEVESTIGING VAN HET WERKSTUK
Het
werkstuk
moet
beveiligd. Het moet recht en vast aangebracht
zijn, zodat mogelijke bewegingen en geklemd
raken onmiddellijk vóór het beëindigen van het
zaagproces worden verhinderd. Lange of brede
werkstukken moeten extra worden ondersteund.
Het zaagblad moet tot volledige stilstand gekomen
zijn, voordat het werkstuk wordt verwijderd of
vastgezet of de hoek van het werkstuk wordt
veranderd. Bedien eerst de veiligheidsschakelaar
en vervolgens de hefboomschakelaar. Leid de zaag
naar voren om zo voor contact te zorgen met het
werkstuk. Bevestig het werkstuk op een stabiele
drager
(bv. op een werkbank of een zaagbok). Breng de
snijlijn op het werkstuk aan. Zorg ervoor dat
de snijlijn zich voldoende ver op het werkstuk
bevindt, zodat de uittrekbare beschermingsin-
richting efficiënt kan functioneren. Plaats de
voorkant van de zaag haaks op het werkstuk,
voordat de motor wordt ingeschakeld. Richt de
snijlijn met behulp van aanduiding op de vizier-
inkeping of van de parallelaanslag uit. Zorg ervoor
dat het zaagblad het werkstuk niet raakt. Druk eerst
door
reglementair
worden
77