•
Aanzuigluchtfilter
•
Standvoet (3x)
•
Transportgreep
•
Gripschroef voor montage van de greep (4x)
•
Schroef (3x)
•
Onderlegplaatje (3x)
•
Moer voor montage van de standvoet (3x)
•
Originele handleiding
•
Veiligheidsinstructies
3. Reglementair gebruik
De compressor dient om perslucht voor pneuma-
tische gereedschappen te genereren.
De machine mag slechts voor werkzaamheden
worden gebruikt waarvoor ze bedoeld is. Elk
ander verder gaand gebruik is niet reglementair.
Voor daaruit voortvloeiende schade of verwon-
dingen van welke aard dan ook is de gebruiker/
bediener, niet de fabrikant, aansprakelijk.
Wij wijzen erop dat onze gereedschappen overe-
enkomstig hun bestemming niet geconstrueerd
zijn voor commercieel, ambachtelijk of industrieel
gebruik. Wij geven geen garantie indien het ge-
reedschap in ambachtelijke of industriële bedrij-
ven alsmede bij gelijk te stellen activiteiten wordt
gebruikt.
4. Technische gegevens
Netaansluiting: ....................... 220-240 V ~ 50 Hz
Motorvermogen: .......................... 750 W S3 50%
Compressortoerental t/min.: ....................... 1450
Bedrijfsdruk bar: ........................................ max. 8
Inhoud van het drukvat (in liter): ..................... 24
Theoretische aanzuigcapaciteit l/min.: ......... 135
Afgegeven debiet (perslucht)
bij 7 bar: ............................................. 55 liter/min
Afgegeven debiet (perslucht)
bij 4 bar: ............................................. 73 liter/min
Geluidsvermogen L
WA
Onzekerheid K
..................................... 0,58 dB
WA
Geluidsdrukniveau L
pA
Onzekerheid K
...................................... 0,58 dB
pA
Beschermklasse: ........................................ IP30
Gewicht van het apparaat in kg: ........... ca. 22 kg
Anl_TE-AC_135-24_Sil_Pl_SPK13.indb 54
Anl_TE-AC_135-24_Sil_Pl_SPK13.indb 54
in dB: ........................... 78
in dB: .......................... 57
NL
Geluid
De geluidsemissiewaarden werden vastgesteld
conform EN ISO 3744.
5. Vóór inbedrijfstelling
Controleer of de gegevens vermeld op het type-
plaatje overeenkomen met de gegevens van het
stroomnet, alvorens het apparaat aan te sluiten.
•
Controleer het apparaat op transportschade.
Eventuele schade meteen melden aan de
transportonderneming die de compressor
heeft geleverd.
•
De compressor moet worden opgesteld in de
buurt van de verbruiker.
•
Lange luchtleidingen en lange toevoerleidin-
gen (verlengkabels) moeten worden verme-
den.
•
Ervoor zorgen dat de aanzuiglucht droog en
stofvrij is.
•
De compressor niet opstellen in een vochtige
of natte ruimte.
•
De compressor mag alleen in geschikte
ruimtes (goed geventileerd, omgevingstem-
peratuur +5°C tot 40°C) worden ingezet. In de
ruimte mogen geen stof, geen zuren, dampen
of explosieve of ontvlambare gassen aanwe-
zig zijn.
•
De compressor is geschikt de inzet in droge
ruimtes. Hij mag niet worden ingezet in omge-
vingen waarin met spatwater wordt gewerkt.
•
Zet het apparaat alleen in op een stabiele,
vlakke ondergrond.
•
Gebruik flexibele slangen om een overbren-
ging van ontoelaatbare lasten op het buislei-
dingsysteem aan de verbinding van de com-
pressorinstallatie naar het buisleidingsysteem
te vermijden.
•
Het is noodzakelijk om vóór het inbedrijfstel-
len van de compressorinstallatie afscheiders,
opvanginrichtingen en afvoermogelijkheden
te voorzien, die vereist zijn voor de bewerking
van de door de compressor geproduceerde
vloeistoffen.
•
Toevoerslangen moeten bij drukken hoger
dan 7 bar met een veiligheidskabel (bijv. een
draadkabel) worden uitgerust.
- 54 -
18.07.2023 08:53:23
18.07.2023 08:53:23