4. De trekkabels met de meegeleverde kabelclip
(pos. 10a en 10b) zoals getoond in fi g. 3e
fi xeren aan de schuifbeugel.
5. Uitwerpklep (pos. 5a) met één hand optillen
en de grasopvangzak (pos. 4a) inhangen zo-
als getoond in fi g. 4a.
Accu (pos. 17) en veiligheidsstekker (pos. 16)
monteren zoals getoond in fi g. 3f.
5.2 Instellen van de maaihoogte
Waarschuwing! Het verstellen van de maai-
hoogte mag alleen worden uitgevoerd bij
afgezette motor.
•
De maaihoogte wordt centraal ingesteld met
de verstelhendel voor de maaihoogte (fig. 7,
pos. 8). Er kunnen verschillende maaihoogtes
worden ingesteld.
•
Bedien de instelhendel en trek deze in de ge-
wenste positie. Laat de hendel arrêteren.
5.3 Laden van de LI-accupack (fi g. 3f / 16)
Opgelet!
De lader mag alleen worden ingezet voor de Li-
Ion batterijen van de Power-X-Change serie!
Power-X-Change
•
18 V, 1,5 Ah, 5 Li-Ion cellen
•
18 V, 2,0 Ah, 5 Li-Ion cellen
•
18 V, 3,0 Ah, 10 Li-Ion cellen
•
18 V, 4,0 Ah, 10 Li-Ion cellen
•
18 V, 5,2 Ah, 10 Li-Ion cellen
De accu is beschermd tegen diepe ontlading. Het
apparaat wordt door een geïntegreerde veilig-
heidsschakeling automatisch uitgeschakeld, als
de accu is ontladen.
Waarschuwing! Bedien de Aan/Uit-schakelaar
niet meer als de veiligheidsschakeling het ap-
paraat heeft uitgeschakeld. Dit kan schade aan
de accu tot gevolg hebben.
1. Accupack uit de handgreep trekken, terwijl u
de grendelknop (18) naar beneden drukt.
2. Vergelijk of de netspanning vermeld op het
typeplaatje overeenstemt met de beschikbare
netspanning. Steek de netstekker van de
lader (11) in het stopcontact. De groene LED
begint te knipperen.
3. Schuif de accu op de lader.
Onder punt 10 (indicatie lader) vindt u een tabel
met de betekenissen van de LED-indicatie aan
de lader.
Anl_GE-PM_53_48_S_HW-E_Li_SPK9.indb 122
Anl_GE-PM_53_48_S_HW-E_Li_SPK9.indb 122
NL
Mocht het laden van de accupack niet mogelijk
zijn, controleer dan:
•
of aan het stopcontact de netspanning aan-
wezig is.
•
of een foutloos contact aan de laadcontacten
van de lader voorhanden is.
Indien het laden van het accupack nog altijd niet
mogelijk is, dan verzoeken wij u
•
de lader en de laadadapter
•
en de accupack
op te sturen aan onze klantendienst.
In het belang van een lange levensduur van de
accupack valt het aan te raden om tijdig voor het
herladen van de LI-accupack te zorgen. Dit is in
elk geval noodzakelijk, wanneer u vaststelt dat het
vermogen van het gereedschap afneemt.
Accu-capaciteitsindicator (fi g. 3f)
Druk op de schakelaar voor accu-capaciteitsindi-
cator (fi g. 3f, pos. A). De accu-capaciteitsindicator
(fi g. 3f, pos. B) signaleert de laadtoestand van de
accu aan de hand van 3 LEDs.
Alle 3 LEDs branden:
De accu is vol geladen.
2 of 1 LED(s) branden:
De accu beschikt over voldoende restlading.
1 LED knippert:
De accu is leeg, laad de accu op.
Alle LEDs knipperen:
De accu werd diep ontladen en is defect. Een
defecte accu mag niet meer gebruikt en geladen
worden!
6. Bediening
Aanwijzing!
De motor wordt geleverd zonder benzine en
olie. Daarom vóór inbedrijfstelling absoluut
olie en benzine erin gieten.
1. Controleer het oliepeil (zie 7.2.1).
2. Gebruik voor het ingieten van benzine een
trechter en maatbeker. Vergewis u ervan dat
de benzine zuiver is.
- 122 -
12.10.2017 12:53:45
12.10.2017 12:53:45