N E D E R L A N D S
• Draai de tafelvergrendelingsschroeven, zowel de hoofdschroef (37)
(fig. D1) als de hulpschroef (3) (fig. A1), los, maar verwijder ze niet
helemaal.
• Verwijder met behulp van de inbussleutel de schroef (55) van de
achterste tafelkolom (fig. D1). Haal de moer en sluitring van het andere
uiteinde van de schroef.
• Verwijder de tafel.
• Het spouwmes (31) (fig. J1) wordt met een grote inbusschroef (56)
tegen de rechterachterzijde onder de tafel vastgezet (fig. J2).
• Draai om het spouwmes aan te passen de inbusschroef die de beugel
laat draaien en het spouwmes omhoog en omlaag laat bewegen los.
• Draai na het losdraaien de beugel en schuif het mes omhoog of
omlaag tot de juiste positie is bereikt.
• Zet de schroef (56) weer stevig vast (fig. J2).
• Plaats de tafel en de inbusschroef (55) weer terug (fig. D1).
• Stel de tafel op de juiste gewenste positie in.
• Draai de vergrendelingsknoppen van de tafel vast (fig. A1 & D1).
Smering
Deze machine vereist geen extra smering. De lagers van de motor zijn van
tevoren gesmeerd en waterdicht.
• Vermijd het gebruik van olie of vet, omdat hierdoor zaagsel en
spaanders kunnen vastkoeken en problemen kunnen ontstaan.
• Maak de onderdelen waar zaagsel en spaanders zich kunnen ophopen
regelmatig met een droge borstel schoon.
Aanwijzingen voor gebruik
• Neem altijd de veiligheidsinstructies in acht en houdt u aan de
geldende voorschriften.
• Zet het werkstuk stevig vast.
• Oefen geen overmatige druk uit op de machine. Geef geen
zijdelingse druk op het zaagblad.
• Voorkom overbelasting.
• Verwijder na gebruik altijd het stof van de machine zodat de
onderste beschermkap naar behoren blijf werken.
Alvorens met de machine te gaan werken:
• Breng het juiste zaagblad aan. Gebruik geen overmatig versleten
zaagbladen. Het zaagblad moet geschikt zijn voor het maximum
toerental van de machine.
• Probeer niet om extreem kleine werkstukken te zagen.
• Oefen bij het zagen geen overmatige druk op het zaagblad uit.
Forceer het zagen niet.
• Laat de motor voor het zagen op volle toeren komen.
• Zorg er voor dat alle knoppen en hendels goed vastgedraaid zijn.
In- en uitschakelen (fig. A)
• Druk op de aan/uitknop (1) om de machine aan te zetten.
• Druk nogmaals op de aan/uitknop om de machine weer uit te zetten.
Kwaliteit van de snede
De gladheid van een snede is afhankelijk van een aantal factoren,
bijvoorbeeld het materiaal dat wordt gezaagd. Zie onderstaand schema
voor toepassing van de aanbevolen zaagbladen.
Controleer of het materiaal tijdens het zagen niet wegloopt;
klem het stevig vast. Laat het blad altijd volledig tot stilstand
komen alvorens de arm omhoog te brengen. Als nog steeds
kleine houtvezels aan de achterzijde van het werkstuk splijten,
plak dan een stukje beschermend plakband op het hout waar
de snede wordt gemaakt. Zaag door het plakband heen en
verwijder daarna het plakband voorzichtig.
nl - 5
Het instellen van het verstek (fig. A1)
De verstekarm kan van tevoren op 0°, 15°, 22,5°, 30° en 45° links en rechts
worden ingesteld. De verstekhoek kan ook op 48° worden ingesteld.
• Draai de knop van de verstekklem (8) los en breng de positieve
stophefboom (7) omhoog om de verstekarm (9) te ontkoppelen.
• Zet de arm in de gewenste hoek en zet deze met behulp van de
verstekklemknop (8) vast.
• Lijn de verstekarm zoals in fig. H1 - H3 aangegeven uit door de rand
van de arm op de gewenste markering op de schaalverdeling te zetten.
Controleer bij het verstekzagen of het uiteinde van de zaag niet
tussen het blad en de geleider wordt geklemd, dus dat de
hoek bij het zaaguiteinde groter dan 90° is om te voorkomen
dat het zaaguiteinde door het blad wordt geraakt.
Het instellen van de afschuining (fig. G1)
• Stel de 45°/48° aanpassingshendel (50) op de gewenste stand in.
- Uit = 48°
- In = 45°
• Draai de afschuinklemhendel (12) los en laat de kop schuin naar links
aflopen; er bevinden zich gemarkeerde posities op 0°, 15°, 30°, 33,85°
en 45°.
• Houd de kop stevig vast en laat deze niet vallen.
• Zet, terwijl u de kop vasthoudt, de afschuinklemhendel stevig vast.
Zagen in de verstekzaagmodus
Het is gevaarlijk en verboden om de zaag zonder beschermkappen te
gebruiken. Let erop dat de beschermkappen juist zijn gemonteerd
alvorens met zagen te beginnen.
Zorg ervoor dat aluminium werkstukken stevig worden vastgeklemd.
Verticale rechte afkortsnede (fig. K)
• Draai de verstekklemknop (8) los en breng de positieve stophefboom (7)
omhoog.
• Zet de verstekvergrendeling in de 0° stand en zet de verstekklemknop vast.
• Plaats het te zagen hout tegen de geleider (11). Pak de machinehendel
en druk de ontkoppelingshendel van de kopvergrendeling in de
hoogste stand in (2).
• Trek de kop ongeveer 10 mm naar beneden en ontkoppel de
vergrendelingshendel.
• Zet de machine aan en druk de kop naar beneden, zodat het blad door
het werkstuk kan zagen en in de tafelgleuf kan zakken.
• Laat het blad vrij zagen. Niet forceren.
• Zet na het zagen de machine uit en zet de kop weer in de hoogste
ruststand.
Dwarsdoorsnede verticaal verstek (fig. K & L)
• Draai de verstekklemknop (8) los en breng de positieve stophefboom (7)
omhoog (fig. K).
• Beweeg de kop naar links of naar rechts naar de gewenste hoek.
Er zijn vooraf ingestelde posities bij 15°, 22,5°, 30° en 45° (fig. L).
• Houd als er een tussenhoek of een hoek van 48° nodig is de kop stevig
vast en vergrendel deze door de verstekklemknop vast te draaien.
• Controleer voor het zagen altijd of de verstekklemknop stevig is vergrendeld.
• Ga verder zoals beschreven voor recht verticaal zagen.
Dwarsdoorsnede afschuining (fig. A1, G1 & M)
Afschuinhoeken kunnen van 0° tot 48° naar links worden ingesteld.
Afschuiningen tot 45° kunnen met de kop in een verstekpositie tussen nul
en maximaal 45° links of rechts worden ingesteld (fig. M).
• Draai de afschuinklemhendel (12) los en stel de afschuining naar wens
in (fig. A1).
• Gebruik indien nodig de 45°/48° stelhendel (50) (fig. G1).
• Zet de afschuinklemhendel stevig vast.
• Ga verder zoals beschreven voor recht verticaal zagen.
47