10. Interface DKS1000R instellen.
Modes relaisuitgang (met deze procedure kan voor elke uitgang de activeringsmode van het relais ingesteld worden).
- Schakel de interface uit.
- Stel de dips in volgens de tabel.
- Druk op de knop P2 en blijf erop drukken.
- Schakel de interface in.
- De interface laat 2 lange pieptonen horen.
Parameters ingesteld.
:
Werking relaisuitgang
Het is mogelijk om het activeren van de relaiscontacten met ON/OFF, dodemans- of tijdgestuurde werking in te stellen.
1. ON/OFF werking.
Met de jumpers J1, J2, J3 en J4 kan de werking van de betreffende relaisuitgangen geconfigureerd worden: CHA, CHB, CHC, CHD.
Zet de jumpers in positie 1 om de ON/OFF werking aan de betreffende uitgangen toe te wijzen.
2. Dodemans- of tijdgestuurde werking.
Met de jumpers J1, J2, J3 en J4 kan de werking van de betreffende relaisuitgangen geconfigureerd worden: CHA, CHB, CHC, CHD.
Zet de jumpers in positie 2 om de dodemans- of tijdgestuurde werking aan de betreffende uitgangen toe te wijzen.
- - Schakel de interface uit.
- Stel de dips in volgens de tabel.
- Druk op de knop P1 en blijf erop drukken.
- Schakel de interface in.
- De interface laat 1 lange pieptoon horen.
Parameters ingesteld.
Dip #1
Dip #2
Dip #3
Dip #4
Dip #1
Dip #2
Dip #3
Dip #4
66
Modes relaisuitgang
OFF
ON
Relaisuitgang 1 N.O.
Relaisuitgang 1 N.C.
Relaisuitgang 2 N.O.
Relaisuitgang 2 N.C.
Relaisuitgang 3 N.O.
Relaisuitgang 3 N.C.
Relaisuitgang 3 N.O.
Relaisuitgang 4 N.C.
Pos.1 Pos.2
Dodemans- of tijdgestuurde werking
OFF
Dodemanswerking relais 1 Tijdgestuurdewerking relais 1
Dodemanswerking relais 2 Tijdgestuurdewerking relais 2
Dodemanswerking relais 3 Tijdgestuurdewerking relais 3
Dodemanswerking relais 4 Tijdgestuurdewerking relais 4
J1
J2
J3
J4
ON