Knoppen rijmodus
Bij het opstarten wordt de machine
automatisch ingesteld in de modus
"STANDARD". Deze knoppen worden
gebruikt om de maximale snelheid
van de machine te bereiken (Afb. 9.R
"PERFORMANCE"-modus) of om de
snelheid te verlagen om maximale
manoeuvreerbaarheid te garanderen
(Afb. 9.P "COMFORT"-modus). Als er
geen rijmodus is geselecteerd, gebruikt
de aandrijving de modus "STANDARD".
Pictogram Rijmodus "STANDARD/
PERFORMANCE"
Het pictogram (Afb. 9.S) licht op
wanneer de machine in de rijmodus
"PERFORMANCE" staat.
Pictogram Rijmodus "STANDARD/
COMFORT"
Het pictogram (Afb. 9.Q) licht op
wanneer de machine in de rijmodus
"COMFORT" staat.
Pictogram Let op
Indien het pictogram (Afb. 9.F) verlicht
is, duidt dit op het niet naleven van
de veiligheidsvoorwaarden of op een
mogelijke storing van de machine (zie
hfst. 15).
Accu LED
De LEDs in Afb. 9.B geven normaal
gesproken het laadniveau van de
machineaccu's aan, maar bepaalde
combinaties van hun verlichtingsstatus
geven informatie over machinestoringen
(zie hfst. 15).
Pictogram "Bluetooth"
Het pictogram Afb. 9.D licht op wanneer
de machine en het apparaat voor
gegevensuitwisseling verbonden zijn.
Pictogram overtemperatuur
controllers en/of motoren en/of accu
Het pictogram (Afb. 9.L) geeft de
oververhitting van de elektrische
onderdelen aan. Zie hfst. 15.
Pictogram hendel voor in- /
uitschakelen van de transmissie
Het pictogram (Afb. 9.I) gaat
aan wanneer de transmissie niet
ingeschakeld is (zie par. 6.3 en hfst. 15).
Pictogram aanwezigheid bestuurder
aan boord
Het pictogram (Afb. 9.H) licht op
wanneer de bestuurder niet op de stoel
zit (zie par. 7.2.2).
Pictogram noodknop
Het pictogram (Afb. 9.G) licht op
wanneer de noodknop geactiveerd is
(zie par. 6.2).
pictogram "ECO"
Het pictogram in Afb. 9.U licht op
wanneer de "ECO"-modus geselecteerd
is.
pictogram "BOOST"
Het pictogram in Afb. 9.V licht op
wanneer de snijmodus "BOOST" actief
is.
pictogram "AUTOMATIC CUT"
Het pictogram in Afb. 9.J2 licht op
wanneer de snijmodus "AUTOMATIC
CUT" actief is.
Symbool maaihoogte
Het pictogram Afb. 9.W is grafisch
verdeeld in 7 secties, die elk een andere
maaihoogte aangeven.
Cijfer van het laadpercentage van
de accu
I cijfers Afb. 9.Y geeft het percentage
van de acculading aan.
OPMERKING
Als de machine een afwijking vertoont,
leveren de cijfers een numerieke
foutcode die de afwijking identificeert.
Geef indien nodig het nummer van
de foutcode door aan het Erkende
Assistentiecentrum.
NL - 16
LET OP