10.6.
Goede lasrupskenmerken
1. Fijne spatten
2. Uniforme kraal
3. Matige krater tijdens het lassen: Las een nieuwe rups of laag voor elke 1/8 inch (3,2 mm) dikte
van de metalen die worden gelast.
4. Geen overlap
5. Goede penetratie in basismetaal
10.7.
Omstandigheden die de vorm van de lasrups beïnvloeden
Hoek te klein
Hoek van
de
elektrode
Boog lengte
Te kort
Reis snelheid
Laag
De vorm van de lasrups wordt beïnvloed door de hoek van de elektrode, de booglengte, de
voortbewegingssnelheid en de dikte van het basismetaal.
NL
Juiste hoek
Sleuren
Normaal
Normaal
Hoek te groot
Spatten
Te lang
Snel