SLEUTELS
Het voertuig wordt geleverd met twee
sleutels (één als reserve).
BEVEILIGINGSSYSTEEM TEGEN
ONGEOORLOOFD GEBRUIK
Om het systeem in te schakelen:
- draai het wiel tot de stift van het blok-
keersysteem via een van de vensters op
het kroonwiel ontbloot wordt;
- steek de sleutel in het slot, draai de
sleutel linksom en duw tot de stift op de
eindaanslag komt. Vanuit deze positie
draait u de sleutel rechtsom en haal dan
de sleutel weg.
Op die manier is het achterwiel geblok-
keerd.
Om het systeem uit te schakelen:
- steek de sleutel in het slot en draai de
sleutel linksom;
- laat de sleutel los tot de stift in rustpositie
komt. Via deze positie kan het achterwiel
vrij draaien.
LET OP: de reservesleutel niet bij de motor
laten, maar op een veilige plaats bewa-
ren. Wij raden aan om het serienummer
dat u op de sleutel aantreft te noteren,
om zo eventueel een duplicaat te kunnen
aanvragen.
LET OP! Voordat u het voertuig
aanzet, moet u controleren of het
systeem is uitgeschakeld.
21
2
NL