Trafo:
Verbindingsleiding Magneetventielblok
/ Verbindingsleiding Verlichting:
Ontvanger:
Antennepositie
Zender
Codeerstekker:
Nederlands
Toebehoren
Het vermogen van de externe transformator be-
draagt 50 VA. De transformator moet in het droge
bereik (veiligheidszone 3) geïnstalleerd worden.
De transformator kan samen met de ontvanger in
een kunststofmantel ingebouwd worden, rekening
houdend met EN/IEC 60335-1 (afmetingen ca.
250 x 160 x 92 mm, niet meegeleverd). De mee-
geleverde kabel maakt het mogelijk om de transfor-
mator te installeren op een afstand tot 7,00 m van
de ontvanger. Daarvoor moet een lege buis EN35
(niet meegeleverd) voorzien worden. De lege buis
moet minstens alle 500 mm vastgezet worden en
de buigradius moet groter zijn dan 100 mm.
De secundaire leiding van de transformator (van
ongeveer 7,00 m lang) mag niet verkort worden.
De leiding van het magneetventielblok van 7,50
m lang en de 10,00 m lange verlichtingsleiding
mogen niet verkort worden. De overbodige kabel-
lengte moet ondergebracht worden in de buurt
van de ontvanger.
De leiding van het magneetventielblok en de ver-
lichtingsleiding mogen alleen in de meegeleverde
lege buis (EN 20) gelegd worden.
De lege buis moet minstens alle 500 mm vastge-
zet worden en de buigradius moet groter zijn dan
100 mm.
De ontvanger moet bij voorkeur in dezelfde ruimte
als de douche-inrichting gemonteerd zijn.
Indien dat niet mogelijk is, kan de ontvanger ook
gemonteerd worden in een ruimte die grenst aan
de douche-inrichting.
De ontvanger mag niet in een metalen mantel ge-
monteerd worden aangezien anders de radiosig-
nalen van de zender afgeschermd worden. Verder
Indien de service-modus geactiveerd is, geeft de
led van de codeerstekker de optische terugmel-
dingen weer.
De codeerstekker moet altijd toegankelijk zijn.
Montage zie blz. 209
De overbodige kabellengte moet in de buurt van
de veiligheidstransformator ondergebracht wor-
den. Een beschadigde verbindingskabel mag niet
vervangen worden. De transformator mag dan niet
meer gebruikt worden.
Een beschadigde verbindingskabel mag niet ver-
vangen worden. 0
:
In de lege buizen voor de leiding van
Attentie
het magneetventielblok en de verlichtingsleiding
mogen geen elektrische leidingen gelegd worden
die een spanning van meer dan 12V geleiden.
moet erop worden gelet dat er zich in de buurt van
de inbouwplaats van de ontvanger zo weinig mo-
gelijk afschermende, metalen delen bevinden.
Voor een optimale identifi catie van de radiosig-
nalen moet de antenne van de ontvanger indien
mogelijk naar de zender gericht zijn.
39