11.Plaats geen houders van pvc, papier, karton e.d. op de kookplaat.
12.Tijdens gebruik de behuizing en de platen niet aanraken. Tijdens werking van de
kookplaat alleen de draaiknoppen gebruiken. Na het uitschakelen wachten tot het apparaat
is afgekoeld.
13.De oppervlakken van het werkende apparaat kunnen heet zijn. Geen hete oppervlakken
aanraken.
14.Kinderen van 3 tot 8 jaar mogen het apparaat alleen in- en uitschakelen wanneer het
normaal geplaatst is en de kinderen onder toezicht staan of op de hoogte zijn gebracht van
veilig gebruik en de mogelijke gevaren. Kinderen jonger dan 8 jaar mogen het apparaat niet
aansluiten, bedienen, reinigen of onderhouden.
15.Het apparaat met het netsnoer buiten bereik van kinderen onder de 8 jaar opbergen.
16. De volgende voorwerpen niet op de inductiekookplaat plaatsen:
- pannen met een kleinere diameter dan 12 cm,
- pannen uit koper, aluminium of glas
- pannen op pootjes of met een ronde bodem (bodem die niet plat is)
17. Aanbevolen worden pannen met magnetische bodem die speciaal bedoeld zijn voor
inductiekoken.
18. Geen pannen zwaarder dan 6 kg op de kookplaat plaatsen.
III. WAARSCHUWINGEN
1.Het apparaat nooit gebruiken wanneer het beschadigd is of onjuist werkt.
2.Het apparaat nooit gebruiken nadat het van hoogte gevallen is en zichtbare schade heeft.
3.Geen verlengsnoeren of andere elektrische contacten gebruiken die niet voldoen aan de
geldende elektrische normen en voorschriften.
4.Reparatie, demontage en vervanging van onderdelen moet altijd worden verricht door een
gespecialiseerd bedrijf.
5.Als het apparaat en onderdelen als de elektrische contacten van de stekker of de kabel nat
worden, deze drogen voorafgaand aan gebruik.
6.Het apparaat niet gebruiken met natte handen.
7.Als vermoed wordt dat het apparaat beschadigd is, het NOOIT zelfstandig repareren.
8.Het apparaat nooit schoonmaken onder stromend water of op een manier waardoor er
water in het apparaat kan komen.
IV. VOORAFGAAND AAN HET EERSTE GEBRUIK
1.Verwijder alle verpakkingsonderdelen en rol het netsnoer uit
V.APPARAATBESCHRIJVING
1. Hitteveld
4. Scherm en controlelampjes
APPARAATGEBRUIK
Steek de stekker in het stopcontact. Er klinkt een geluidssignaal. Het apparaat schakelt in stand-by
Plaats een geschikte pan op het midden van de plaat. Druk de ON/OFF-knop in om de inductiekookplaat in te schakelen. Op het scherm
verschijnt de mededeling "ON" en er klinkt een geluidssignaal. Kies de gewenste kookmodus met de FUNCTION-knop.
De kookplaat ondersteunt vier modi:
1. Continue werking met een bepaald vermogen. Het W-lampje gaat branden en op het scherm verschijnt het geleverde
verwarmingsvermogen. Het vermogen kan met de draaiknop worden ingesteld tussen 200 W en 2000 W, in stappen van 200 W
2. Werking met timer en een bepaald vermogen. Het W-lampje gaat branden en op het scherm verschijnt de tijd. Stel de tijd in met de
draaiknop. Even later verschijnt het vermogen op het scherm. Het vermogen kan met de draaiknop worden ingesteld tussen 200 W en
2000 W, in stappen van 200 W
3. Continue werking met een bepaalde temperatuur. Het C-lampje gaat branden en op het scherm verschijnt de ingestelde temperatuur. De
2. FUNCTION-knop
5. ON/OFF-knop
3. Draaiknop
53